Geen gewekt vertrouwen door toelichting aangifte

Een particulier heeft bezwaar gemaakt tegen een aanslag erfbelasting en verzocht de aanslag te verminderen, rekening houdend met een lagere WOZ-waarde van een geërfde woning. Rechtbank Gelderland heeft geoordeeld dat het bezwaar niet-ontvankelijk is. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is het met de rechtbank eens.

Tot de nalatenschap van een particulier en zijn zus behoort een woning. De woning is in de aangifte erfbelasting opgenomen naar de vastgestelde WOZ-waarde voor het kalenderjaar 2014, met waardepeildatum 1 januari 2013 (€ 284.000). De aanslag is met dagtekening 7 oktober 2014 overeenkomstig de aangifte opgelegd. Met dagtekening 30 juni 2015 is de WOZ-waarde voor het kalenderjaar 2015, met waardepeildatum 1 januari 2014, vastgesteld op € 264.000. Bij brief van 1 juli 2015 heeft de particulier bezwaar gemaakt tegen de aanslag erfbelasting en verzocht de aanslag te verminderen, rekening houdend met de lagere WOZ-waarde van € 264.000. De aanslag is bij uitspraak op bezwaar verminderd en later ambtshalve verder verminderd.

Rechtbank Gelderland heeft geoordeeld dat het bezwaar niet-ontvankelijk is. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is het met de rechtbank eens. Het bezwaar is buiten de bezwaartermijn ingediend en de termijnoverschrijding kan aan de belanghebbende worden toegerekend. De toelichting bij de aangifte heeft niet het in rechte te beschermen vertrouwen gewekt dat tegen de eerder in de aangifte vermelde WOZ-waarde ook na de bezwaartermijn van zes weken, alsnog bezwaar kan worden gemaakt. De toelichting betreft de toezegging van vermindering van de aanslag, aldus het gerechtshof. De belanghebbende komt niet in aanmerking voor een proceskostenvergoeding voor de bezwaarfase.

Bij de vaststelling van de proceskostenvergoeding voor de beroepsfase dient voorts een wegingsfactor van 0,5 (licht) te worden gehanteerd. Het gerechtshof neemt hierbij in aanmerking dat de gemachtigde van de belanghebbende wist dat de bezwaartermijn was verlopen en dat de procedure als gevolg daarvan voor een belangrijk deel ziet op de vraag of de belanghebbende in aanmerking komt voor een proceskostenvergoeding voor de bezwaarfase.

(Bron: Fiscanet)

Gerelateerde artikelen