Geen bewijs voor additionele renteaftrek
Belanghebbende (X) drijft in vof-vorm met zijn echtgenote een administratie- en advieskantoor. Naast de activiteiten in de vof vinden administratie- en adviesactiviteiten plaats in een bv. Drie cliënten (D, E en F) hebben leningen aan de vof verstrekt die door X en zijn echtgenote als vreemd vermogen van de vof zijn aangemerkt.
Evenals bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant is in hoger beroep in geschil of X meer rente in aftrek kan brengen ter zake van de leningen aan D, E en F dan is verantwoord in de winst- en verliesrekening van de vof. Daarnaast claimt X in hoger beroep renteaftrek voor rente verschuldigd aan verschillende banken en aan de ouders van X.
De bewijslast ter zake van de additionele renteaftrek rust op X, oordeelt Hof Den Bosch.
X voldoet hieraan niet. Hij heeft niet voldaan aan de op hem rustende bewijslast dat er meer rente is verschuldigd c.q. betaald dan is verantwoord in de verlies- en winstrekening van de vof. Bovendien heeft hij niet het bewijs geleverd dat de met die rente samenhangende geldleningen als zakelijk te etiketteren geldleningen hebben te gelden.
(Bron: Fiscanet)