‘Gebruikelijkheidscriterium werkkostenregeling is flexibele norm’
De Nederlandse Orde van Belastingadviseurs (NOB) had gevraagd of het juist is dat als er geen gebruik meer bestaat op het punt van een bepaalde vergoeding een dergelijk gebruik nooit kan herleven. ‘Dat is niet het geval,’ aldus Wiebes. ‘Het gebruikelijkheidscriterium is een flexibele norm die mee kan bewegen met de tijd. Het is dus niet bij voorbaat uitgesloten dat oude gebruiken herleven of nieuwe gebruiken kunnen ontstaan.’
Wiebes verduidelijkt dit aan de hand van een voorbeeld: ‘Stel dat een werkgever vanuit zijn vrije ruimte bureaustoelen vergoedt of verstrekt aan werknemers voor hun thuiswerkplek. De aanwijzing van deze vergoeding of verstrekking als eindheffingsbestanddeel zal in de meeste gevallen voldoen aan het gebruikelijkheidscriterium. Enkele werknemers vragen deze werkgever of zij voor hun thuiswerkplek een zitbal of een fietsstoel kunnen krijgen in plaats van de bureaustoel. Indien het als eindheffingsbestanddeel aanwijzen van de vergoeding of verstrekking van de bureaustoel voldoet aan het gebruikelijkheidscriterium, hetgeen in de meeste gevallen zo zal zijn, en de zitbal of fietsstoel op zeer vergelijkbare manier zal worden gebruikt als de bureaustoel, zal ook het als eindheffingsbestanddeel aanwijzen van de vergoeding of verstrekking van een zitbal of fietsstoel gebruikelijk zijn.’
• Memorie van Antwoord Belastingplan 2016
Update Loonheffing en Werkkostenregeling in één dag
|