‘Frauderende belastingconsulent moet uit functie gezet’

Dat wil het Openbaar Ministerie in de zaak tegen de man die vier jaar lang aangiften omzetbelasting vervalst zou hebben.

De 56-jarige Drent stond donderdag terecht voor de strafrechter in Zwolle. Zijn bedrijf staat volgens de officier van justitie in de landelijke top 25 van slechtst presterende administratiekantoren. 

Bij een boekenonderzoek kon hij geen digitale bestanden aanleveren. In arren moede besloot de FIOD zijn papieren dossiers in beslag te nemen. Uit het strafdossier blijkt dat de medewerkers van de FIOD aardig wat werk hadden om de boel op orde te krijgen. Volgens de officier van justitie lagen de archiefkasten van het administratiekantoor bezaaid met paperassen. 

De man heeft bekend van 2012 tot en met 2016 valse aangiften gedaan te hebben. Na het einde van zijn relatie kwam hij krap bij kas te zitten. Door met de aangiften te rommelen hoefde hij minder belasting te betalen. Hij zou daarmee ruim 60.000 euro uitgespaard hebben. “De fiscus kan niet als bank gebruikt worden. Dit is gemeenschapsgeld'', wees de officier hem terecht. Opvallend is dat een dochterbedrijf van D. – een accountantskantoor – al eerder over de schreef ging. Dit accountantskantoor kreeg een naheffing van de fiscus van 65.000 euro en een boete van ruim 16.000 euro. “Ik loop er ook niet voor weg'', zei de belastingconsulent over zijn daden. “Er gaat gewoon betaald worden.''

Zijn kantoor heeft nog de nodige klanten en door hard te werken denkt de administrateur het belastinggeld alsnog af te dragen. Van een eventuele boete heeft hij nog niets vernomen, zei hij tegen de rechters. Maar dat afbetalen wordt lastig als de rechtbank de officier van justitie volgt. Die eiste, naast een taakstraf van 180 uur en een voorwaardelijke celstraf van een maand, dat de man twee jaar geen administratieve functie mag bekleden. “Juist van een administratiekantoor wordt verwacht dat integriteit boven alles verheven is.'' De man was er stil van. “Dat ik twee jaar niet mag werken, vind ik fors. Dan kunt u me wel een boete opleggen, maar dat kan ik dan niet betalen.''

Het vonnis volgt op 20 september.

Auteur: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle