Financiële positie pensioenfondsen verslechterd eerste kwartaal 2018

De gemiddelde beleidsdekkingsgraad van de Nederlandse pensioenfondsen is eind maart 2018 uitgekomen op 107,8 procent.

Over het eerste kwartaal van 2018 steeg deze beleidsdekkingsgraad met 1,3 procentpunt. De beleidsdekkingsgraad is de dekkingsgraad waarop pensioenfondsen hun beleidsbeslissingen baseren. Deze wordt berekend als het gemiddelde van de dekkingsgraden over de laatste twaalf maanden die gebaseerd zijn op actuele marktinformatie. 

De dekkingsgraad gebaseerd op actuele marktinformatie is in het eerste kwartaal voor de pensioenfondsensector als geheel met 1,2 procentpunt gedaald en uitgekomen op 107,5 procent. De dekkingsgraad lag daarmee eind maart net onder de beleidsdekkingsgraad. De dekkingsgraad geeft de verhouding weer tussen de waarde van de beleggingen van pensioenfondsen enerzijds en de waarde van de pensioenverplichtingen anderzijds. De dekkingsgraad voor de sector als geheel is het gemiddelde van de dekkingsgraden van alle onder toezicht staande pensioenfondsen gewogen naar omvang van hun technische voorzieningen. 

Over het eerste kwartaal van 2018 is de financiële positie van pensioenfondsen verslechterd: de totale waarde van de pensioenverplichtingen nam toe terwijl die van de beschikbare middelen afnam. De totale waarde van de pensioenverplichtingen is eind maart uitgekomen op 1.242 miljard euro. Een kwartaal eerder, eind december 2017, was deze waarde 1.236 miljard euro. De rentetermijnstructuur, waarmee de waarde van de pensioenverplichtingen moet worden berekend, steeg in de eerste maanden van 2018. In maart echter werd die stijging vrijwel geheel ongedaan gemaakt waardoor over het geheel genomen de rentetermijnstructuur ongeveer gelijk is gebleven. De structuur veranderde wel; rentes bij looptijden tot en met 25 jaar stegen terwijl de rentes bij langere looptijden daalden.

De omvang van de beschikbare middelen bedroeg per ultimo maart 1.336 miljard euro. Deze zijn in het eerste kwartaal met ruim €10 miljard gedaald. De afname werd voornamelijk veroorzaakt door negatieve ontwikkelingen op aandelenmarkten. Zo daalde de MSCI World index in het eerste kwartaal met 2,7 procent en de AEX-index met 2,8 procent. Relevante indices voor staatsobligaties duidden op een stijging in het eerste kwartaal in de waarden van deze categorie; die van bedrijfsobligaties en vastgoed daalden. Ontwikkelingen op valutamarkten hadden een wisselende invloed op de beschikbare middelen. Enerzijds deprecieerde de Amerikaanse dollar ten opzichte van de euro met 2,7 procent en namen beleggingen gedenomineerd in de dollar, omgerekend in euro’s, in waarde af. Anderzijds apprecieerde het Britse pond en de Japanse Yen met respectievelijk 1,4 en 2,9 procent.

De dekkingsgraad op basis van het wettelijk vastgestelde minimaal vereist eigen vermogen ligt voor de meeste pensioenfondsen rond de 104,2 procent. Aan het eind van het eerste kwartaal van 2018 voldeden 45 pensioenfondsen niet aan deze eis. Dat is ongeveer een vijfde van alle pensioenfondsen. Bij deze pensioenfondsen waren 3,4 miljoen actieve en 1,9 miljoen pensioengerechtigde deelnemers aangesloten. Dat is zo’n 63 procent respectievelijk 60 procent van alle actieve en pensioengerechtigde deelnemers. Dit aantal is ten opzichte van vorig kwartaal vrijwel niet veranderd.

Gerelateerde artikelen