EY ziet donkere wolken boven zorgsector
Hoewel zorginstellingen het afgelopen jaar met een stijging van 1,6 naar 1,9 procent een hoger rendement hebben behaald dan het jaar ervoor, pakken zich "donkere wolken" boven de sector samen. Dat zegt accountantskantoor EY, dat een analyse maakte van de jaarverslagen over 2021 voor zijn jaarlijkse Barometer Nederlandse Gezondheidszorg.
De instellingen samen waren vorig jaar weliswaar goed voor 76,7 miljard euro aan opbrengsten, maar intussen is de al een paar jaar dalende marge tussen wat er wordt omgezet en wat er daarvan wordt overgehouden voor het eerst beneden de 7 procent gedoken. Het accountantskantoor ziet de toekomstige jaarverslagen bovendien al met zorg tegemoet.
Over dit jaar gaan de energiekosten in de zorg van zo'n 0,9 miljard euro naar ongeveer 1,35 miljard "in alle scenario’s", schat EY ondanks alle onzekerheden. In 2023 kan het misschien zelfs wel stijgen tot circa 2,7 miljard. Als er geen extra vergoeding komt, zal een groot deel van de zorgaanbieders te weinig rendement hebben of zelfs verlies lijden. "Daarmee komt de kwaliteit van de zorgverlening mogelijk verder onder druk te staan", staat te lezen in de Barometer.
Inflatie en hogere rentetarieven eisen ook hun tol, terwijl er bijvoorbeeld ook een korting op de vergoedingen voor bouw en het in stand houden van vastgoed te verwachten is. Intussen gaan bouwkosten ook nog eens omhoog. Bovendien zijn forse investeringen noodzakelijk, onder andere in digitalisering en technologie.
Het afgelopen jaar kampte de zorg met bekende problemen zoals verzuim; dat ging van 6,8 procent naar 7,3 procent. Er was ook meer zorgpersoneelsverloop (van 12,7 procent naar 14,6 procent). De inhuur van externen steeg van 7,6 procent naar 7,7 procent en het aantal vacatures van 3,2 procent naar 3,9 procent.
De compensatieregelingen voor coronakosten werkten intussen wel goed, stellen de accountants. "De positieve resultaten laten ook zien dat het grootste deel van de omzetderving en meerkosten zijn gecompenseerd", zegt Rob Leensen van EY. De Nederlandse gezondheidszorg kan ook nog wel blijven rekenen op de bereidheid van banken om te financieren, verwacht collega Ralph Poulssen. Niet iedere individuele instelling voldoet overigens aan de eisen, hetgeen dan hogere tarieven en minder gunstige voorwaarden kan opleveren.
Bij het behalen van rendement bleken er wel verschillen tussen de sectoren. Universitaire medische centra, revalidatiecentra en zelfstandige behandelcentra waren wat minder succesvol.