Ex-deurwaarder haalt ook in hoger beroep bakzeil
Een 'herhaling van zetten' noemde de Accountantskamer zijn zevende klacht die in maart 2016 werd behandeld. De deurwaarder is in 2009 eerst geschorst en ten slotte in december 2010 uit zijn ambt gezet door de Kamer van Gerechtsdeurwaarders, na een klacht van het BFT. Er bleek sprake van een tekort van circa 80.000 euro op zijn derdenrekening. Ook had hij 263.000 euro aan derdengelden onttrokken, zo luidde de conclusie van onderzoek van het BFT. Hij diende vervolgens herhaaldelijk klachten in tegen accountants van het Bureau Financieel Toezicht. De klager meent dat de accountants beter naar zijn stukken hadden moeten kijken. En hadden ze dat gedaan, dan waren ze nooit tot deze conclusie gekomen. Ook meende hij dat het BFT stukken had achtergehouden. De weigering van betrokkenen om naar aanleiding van zijn verzoek in november 2015 onderzoeksmateriaal te overleggen en de door het BFT op 3 december 2015 overgelegde stukken zijn volgens de ex-deurwaarder aan te merken als andere feiten die ten tijde van de eerdere klachtprocedures niet bekend waren en waarop een nieuw zelfstandig vermoeden kan worden gebaseerd.
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven meende dat de klacht gestoeld is op de herhaalde stelling dat de betrokken accountants weigeren onderzoeksmateriaal over berekeningen van het bewaartekort te overleggen. Dat hij dat verzoek in november 2015 herhaalde maakt er geen andere klacht van. Op basis van het ne bis in idem-beginsel (iemand kan niet twee keer voor een zelfde feit terecht staan) meent het College dat de tuchtrechter de klacht terecht niet-ontvankelijk verklaarde. Het College neemt dat over. De overige klachtonderdelen zijn mede hierom achterwege gelaten omdat die niet tot een andere uitkomst kunnen leiden, aldus het vonnis.
Lees ook:
- Accountantskamer: Zevende klacht is 'herhaling van zetten'
- Ex-deurwaarder klaagt voor zevende keer tegen accountants
[Door: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle]