Een vreemd gevoel voor logica

Een werknemer reed in een lease-auto van de zaak. Bij de belastingdienst had hij een verklaring geen privé-gebruik afgegeven. Toen de belastingdienst deze verklaring wilde controleren en de rittenadministratie opvroeg, bleek de werknemer daar niet over te beschikken. Hoe nu verder?

De inspecteur verzocht de werknemer alsnog een rittenadministratie aan te leveren. De werknemer voldeed aan dit verzoek, maar gaf wel aan dat administratie achteraf was opgesteld en nogal wat hiaten bevatte.

Het zal u niet verbazen dat de belastingdienst deze administratie verwierp en het privé-gebruik belastte. Daarnaast legde de inspecteur een boete op ter grootte van het wettelijk maximum (in dat jaar 4.290 euro).

De werknemer kwam tegen de hoogte van de boete in beroep. Tijdens de rechtszaak bleek de inspecteur er een merkwaardig soort logica, of zo u wilt rechtvaardigheidsgevoel op na te houden. Hij gaf aan dat hij de werknemer aanvankelijk een boete van 1.230 euro (25% van het maximum) zou hebben opgelegd, als de werknemer geen rittenadministratie zou hebben overhandigd.

Nu dit wel was gebeurd, en die rittenadministratie niet deugdelijk bleek te zijn, vond de inspecteur de maximumboete een gepaste straf. De rechter vond dit al te grijs en matigde de boete tot 1.230 euro.

Mr. P.S. Hofmeister, Van Oppen & Partners accountants en belastingadviseurs BV (www.vanoppenenpartners.nl)

Gerelateerde artikelen