Een geschil met de Belastingdienst? Een fiscaal compromis geeft zekerheid!

Een geschil met de Belastingdienst heb je maar zo. Naast kennis van het materiële belastingrecht wordt kennis van het formele recht steeds belangrijker om een geschil tot een goed einde te brengen. Dat geldt niet alleen als het gaat om procederen, maar vooral ook als het aankomt op het sluiten van een fiscaal compromis.

Een ondernemer zit meestal niet te wachten op een langdurig geschil met de Belastingdienst, zeker als in goed onderling overleg een snelle oplossing mogelijk is. Dat mag dan iets kosten, maar het geeft wel zekerheid. Zo wordt voorkomen dat verder moet worden geprocedeerd en ontstaat weer ruimte voor ‘echt’ ondernemen. Zo’n fiscaal compromis, ook wel een vaststellingsovereenkomst genoemd, komt in de praktijk heel vaak voor. 

Wat is belangrijk om te weten over het fiscaal compromis?

Een fiscaal compromis ofwel een vaststellingsovereenkomst is het middel om een langdurig fiscaal geschil tussen de Belastingdienst en de belastingplichtige (vaak een ondernemer) snel op te lossen. Daarnaast kan het worden ingezet om juist een geschil in de toekomst te voorkomen door bijvoorbeeld afspraken te maken over een methode van winstberekening, bijvoorbeeld in de vorm van een ‘ruling’.
Het bijzondere aan een fiscaal compromis is dat het gezien wordt als een privaatrechtelijke overeenkomst die het publieke belastingrecht deels opzij zet. De belastingplichtige geniet rechtsbescherming, omdat de Belastingdienst niet na het sluiten van het compromis daarop kan terugkomen, ook al zijn de regels binnen het belastingrecht duidelijk anders.

Belastingdienst moet behoorlijk besturen!

 Daarbij mag van de Belastingdienst worden verwacht dat zij de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in acht blijft nemen, zoals het vertrouwensbeginsel. Als bijvoorbeeld later een voor de belastingplichtige gunstigere beleidsregel wordt vastgesteld, dan mag hij/zij zich daar wel op beroepen. In de uitspraak van HR 12 augustus 2005, nr. 40 805, BNB 2005/351 werd dit beroep ook gehonoreerd. 
Daarentegen is een beleidswijziging ten nadele van de belastingplichtige om gelijke gevallen gelijk te behandelen geen rechtvaardiging voor een afwijking van het fiscaal compromis (bijv. Rechtbank Amsterdam 23 januari 2007, V-N 2007/39.28). Het is beleid bij de Belastingdienst om bij relevante wetswijziging een voorbehoud te maken; in dat geval vervalt het fiscaal compromis.

De Belastingdienst moet belastingplichtige de tijd geven om advies in te winnen!

De belastingdienst dient een niet-deskundige een redelijke termijn te gunnen om bij een deskundige advies in te winnen. Als in strijd daarmee wordt gehandeld, dan kan sprake zijn van een handelswijze die zozeer indruist tegen de in acht te nemen zorgvuldigheid dat de belastingplichtige in redelijkheid niet aan het akkoord kan worden gehouden (HR 8 april 1987, nr. 23977, BNB 1987/191). Bij het sluiten van een compromis buiten de gemachtigde om kan de inspecteur schending van het zorgvuldigheidsbeginsel of het beginsel van fair play worden verweten, tenzij aan de belastingplichtige daarna nog een redelijke bedenktijd wordt geboden (HR 16 november 2007, nr. 42257, BNB 2008/20). Deze arresten bieden dus mogelijkheden voor de belastingplichtige om onder een ongewenst fiscaal compromis uit te komen.

Zorg dat de Belastingdienst volledig en juist wordt geïnformeerd

De bescherming van de belastingplichtige kent echter ook grenzen. Het fiscaal compromis mag ten gunste van de belastingplichtige contra legem (in strijd met de wet) zijn. Die afwijking mag echter niet zozeer in strijd met de wettelijke regeling zijn dat de belastingplichtige niet op nakoming ervan mag rekenen (bijv. HR 9 december 2005, BNB 2006/201).
Belangrijk is dat de Belastingdienst volledig en juist wordt geïnformeerd. Als dat niet gebeurt, dan is de Belastingdienst (in zoverre) niet gebonden aan het compromis. Civielrechtelijk is er dan sprake van een wilsgebrek bij de inspecteur, terwijl tevens bestuursrechtelijk geen beroep kan worden gedaan op het vertrouwensbeginsel. Dit kan dus beter worden voorkomen.

Doorprocederen of een fiscaal compromis?

Ten slotte wil ik nog de volgende boodschap meegeven. Blijf als adviseur/ondernemer altijd ‘on speaking terms’ met de Belastingdienst. Probeer juist in complexe situaties met de inspecteur of de ontvanger tot een compromis te komen als de situatie zich daarvoor leent. Dat kan zelfs nog in de beroepsfase. Het alternatief is vaak lang doorprocederen tegen aanzienlijke kosten met een grote onzekerheid over de afloop. Vaak is het voor de ondernemer beter om eieren voor zijn geld te kiezen in de vorm van een fiscaal compromis om daarna weer ‘echt’ te kunnen ondernemen. 

Door: mr. drs. Michiel Opgenoort, specialisme(n): Bedrijfsopvolging, rechtsvormkeuze, onroerende zaken, geschillen met Belastingdienst. (https://www.fiscaalconsult.nl/)

Gerelateerde artikelen