‘Economische schade Brexit veel groter dan eerder gedacht’
Mocht het Verenigd Koninkrijk niet in staat zijn een handelsverdrag met de Europese Unie te sluiten, dan kan een Brexit de Britse economie cumulatief 450 miljard euro aan economische groei kosten in 2030. Dit komt neer op 13.500 euro per werkende Brit. Ook als een nieuw handelsverdrag wordt gesloten, blijven de kosten nog steeds omvangrijk vergeleken met wanneer de Britten lid zouden blijven van de EU. Doordat Nederland sterke handelsbetrekkingen heeft met het Verenigd Koninkrijk zal het ook hard worden geraakt door de Brexit. De kosten voor ons land zouden op kunnen lopen tot maar liefst 35 miljard euro, wat neerkomt op 4.000 euro per werkende Nederlander.
Drie scenario’s
In hun studie hebben de economen van RaboResearch gekeken naar drie scenario’s voor de toekomstige handelsrelatie tussen de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk: 1) een ‘harde’ Brexit waarin onderhandelingen tussen het VK en de EU mislukken en niet leiden tot een nieuwe handelsovereenkomst; 2) een vrijhandelsverdrag vergelijkbaar met de overeenkomsten tussen Zwitserland en de EU en 3) een ‘zachte’ Brexit waarin het VK onderdeel blijft van de Europese interne markt maar de douane-unie verlaat. Op basis van de doorrekening van deze scenario’s schat RaboResearch de totale schade voor de Britse economie tot 2030 in op tussen de 450 miljard en 250 miljard euro, vergeleken met wanneer de Britten lid waren gebleven van de EU.
Nederland relatief hard geraakt ten opzichte van andere EU-landen
Nederland heeft sterkere handelsbetrekkingen met het VK dan de meeste andere landen in de Europese Unie. In 2016 ging 10 procent van alle geëxporteerde Nederlandse producten en diensten naar het VK. Rabobank-econoom Raphie Hayat: “Het ligt dan ook in de lijn der verwachting dat de Nederlandse economie door een Brexit harder zal worden geraakt dan de meeste andere EU-landen. Uit onze berekeningen blijkt dat een harde Brexit Nederland tot 4¼ procent bbp-groei kan schelen in 2030, wat neerkomt op meer dan 4.000 euro per werkende Nederlander. Bij een vrijhandelsverdrag en een zachte Brexit is de totale verwachte schade met ongeveer 3 procent bbp-groei op de lange termijn ook nog steeds aanzienlijk.”
Negatieve effecten Brexit sterker dan in andere studies
De in de scenariostudie gemeten effecten blijken veel sterker dan die in vergelijkbare studies. Rabobank-econoom Hugo Erken zegt daarover: “Dat komt door twee belangrijke verschillen in de onderzoeksaanpak. Ten eerste houden we rekening met hogere inflatie via hogere importprijzen veroorzaakt door hogere handelsbarrières na de Brexit, wat het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens en de particuliere consumptie aantast. Ten tweede schatten wij een arbeidsproductiviteitsmodel specifiek geijkt op de Britse economie waarin we veel meer factoren integraal meenemen dan de meeste andere studies. Dit model stelt ons in staat om meer productiviteitseffecten van een Brexit te kwantificeren. Op basis van onze uitkomsten zou je kunnen concluderen dat het besluit tot een exit uit de EU door de Britten is genomen op een te positieve voorstelling van de negatieve effecten.”