‘Echt herstel horeca vindt pas volgend jaar plaats’
In december dacht de bank nog dat de horeca dit jaar een omzetgroei van 35 procent zou laten zien. Inmiddels gaat ING uit van een plus tussen de 10 en 15 procent. Daarmee wordt het omzetverlies uit 2020 eind dit jaar bij lange na nog niet goedgemaakt.
"De horeca heeft een zwaar jaar achter de boeg", constateert sectoreconoom Katinka Jongkind van ING. "Maar na een stroeve start in 2021 vindt de horeca vanaf de tweede helft van het jaar weer de weg omhoog. De mate van herstel is grotendeels afhankelijk van de snelheid waarmee de beperkende maatregelen worden teruggedraaid. Zowel het derde als het vierde kwartaal worden voor veel horecaondernemers de piekmomenten om verloren omzet terug te halen. Het grote herstel voor de sector zal echter pas volgend jaar plaatsvinden."
Hoewel de sector in zwaar weer verkeert, blijft het aantal faillissementen tot nu toe relatief laag. Dat hangt vooral samen met de massale overheidssteun om bedrijven overeind te houden. Ook lijken veel horecaondernemingen flexibeler geworden, waardoor ze sneller kunnen op- en afschalen met personeel. De schulden bij bedrijven zijn wel flink toegenomen. De schuldenlast aan banken en de overheid is in de horeca in een jaar tijd met zo'n 50 procent opgelopen, becijfert ING. Daarbovenop komt dan nog de schuld aan leveranciers.
Cafés en restaurants mogen hun terrassen vanaf woensdag 28 april weer openen, maar alleen tussen 12.00 en 18.00 uur. Per terras zijn maximaal vijftig gasten toegestaan. Brancheorganisatie Koninklijke Horeca Nederland (KHN) was in een eerste reactie niet tevreden met de door het kabinet aangekondigde versoepelingen. De organisatie vindt dat terrassen een groter deel van de dag open zouden moeten kunnen. Ook benadrukte KHN dat de horeca niet alleen uit terrassen bestaat. Veel horecazaken zijn dus sowieso nog niet geholpen. Woensdagavond zit KHN opnieuw met het kabinet om tafel om verdere mogelijkheden te bespreken.