‘De tuchtrechter is voorgelogen’
De aandelen van een bedrijf moesten verkocht worden. De verkoop kwam rond doordat de inmiddels ex-accountant in het project participeerde. Hij hielp zo de klagers dus omdat anders de verkoop van hun aandelen niet rond kwam, was zijn idee. Maar die zagen er een klassiek gevalletje belangenverstrengeling in. De Accountantskamer zag er in september 2013 een ernstige bedreiging voor de objectiviteit in. Een doorhaling voor de duur van twee jaar werd door de tuchtrechter opgelegd. Maar uit nieuwe informatie zou blijken dat de zaak veel ernstiger is. De tuchtrechter “is voorgelogen”, stelden de klagers maandag.
De registeraccountant had kennis van alle cijfers en maakte daar misbruik van bij de aankoop van de aandelen. Hij bagatelliseerde zijn rol door te wijzen naar collega’s. “Maar hij heeft geen werkzaamheden overgedragen. Hij bepaalde alles”, aldus de klagers. Niet alleen was er sprake van een belangenconflict, ook verzweeg hij dat hij even bestuurder was van het bedrijf waarvan hij de aandelen overnam. Hij zette de Accountantskamer op het verkeerde been. Ook zou de huisbankier niet hebben ingestemd met het uitkeren van dividend, wat volgens de klagers wel degelijk zo was. Hij lichtte vervolgens zijn collega van BDO in dat de dividenduitkering niet in de jaarrekening opgenomen mocht worden. Er moest ook geen conceptjaarrekening opgesteld worden, maar meteen een definitieve. “Hij heeft zich dan wel neergelegd bij het vonnis van 2013 maar hij heeft alles in het werk gesteld om ons bedrijf pijn te doen. Hij blijft doorgaan met liegen en bedriegen.” Zo startte de beklaagde op valse grond een procedure tegen de klagers op. “Dat heeft ons bijna een ton gekost.”
Volgens de raadsman van de beklaagde accountants “storten de klagers een brei aan suggesties over ons heen”. De klacht van maandag gaat over hetzelfde feitencomplex als ten tijde van de klacht in 2013. En iemand kan niet twee keer voor hetzelfde veroordeeld worden. Tegen andere drie accountants werd destijds geen klacht ingediend. Iets dat zich niet verhoudt met de regel dat klachten gebundeld moeten worden. “BDO wordt net zo lang lastig gevallen tot het moe wordt en een geldbedrag betaald. Dat is wat de klagers willen. Maar daar is het tuchtrecht niet voor bedoeld.” Bovendien is de man die de klagers als ‘kwade brein’ zien al jaren geen accountant meer. Het heeft dus geen enkele zin zijn handelen nog door een tuchtrechter te laten beoordelen, zei hij. “Ik ben niet transparant geweest. Dat heb ik toen verkeerd ingeschat”, voegde de ‘hoofdbeklaagde’ zelf toe. Pas na opstellen van de jaarrekening is hij gevraagd te participeren in de koop.
Vonnis over circa vijftien weken.
(Zaaknr. 16/314 t/m 16/317)
(Vonnis uit september 2013: 12/1922)
[Door: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle]