CO2-rapportages: 3 scopes om doelen Parijs-akkoord te halen

Slechts weinig bedrijven hebben hun administratie ingericht op het verminderen van broeikasgassen. Veel bedrijven hebben geen concrete doelstellingen op dit gebied en de administratie over de reductie van CO2-uitstoot ontbreekt meestal. Een gemiste kans, want de doelstellingen van het Parijs-akkoord gaan niet zichzelf realiseren. De finance professional zal de handen flink uit de mouwen moeten steken.

Professor Dick de Waard, expert in Corporate Reporting aan de Rijksuniversiteit Groningen, was betrokken bij het onderzoek van de NBA (Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants). “In eerste instantie wilde de NBA onderzoeken hoe integrated reporting ervoor staat onder financials, de Accountants in Business. We hebben voorgesteld het minder breed te maken en er slechts één onderwerp uit te lichten. Aangezien het klimaatprobleem hoog op de politieke agenda staat hebben we hiervoor gekozen. We hebben allemaal feest gevierd toen het klimaatakkoord in Parijs werd gesloten, maar nu is er actie nodig. Er moet nog een heleboel gebeuren om zelfs maar in de buurt te komen van de doelstellingen. Daarom de belangrijkste vragen in het onderzoek: staat het onderwerp CO2-uitstoot op de bestuursagenda en rapporteert de financial hierover?”
 
Volgens De Waard past deze onderwerpkeuze ook prima bij de trend dat organisaties steeds meer behoefte hebben aan niet-financiële informatie. Financials hebben alle infrastructuur klaar om die te leveren aan de stakeholders. Het enige wat ze moeten doen is een en ander leren over CO2-uitstoot en hoe je dit meet. Uit het onderzoek blijkt dat grote bedrijven dit vaak al doen, maar middelgrote bedrijven nog niet. “Er is wel veel interesse voor”, aldus de professor Auditing. “80 procent wil er graag bij betrokken zijn. In MKB kun je zeggen dat het niet gemeten wordt op een uitzondering na, dus hier ligt een grote kans. Je hoeft het niet zo te doen als de grote bedrijven, want de middelen zijn beperkt, maar het kan op vrij simpele wijze.”
 
Van meten naar weten
Het Greenhouse Gas Protocol is een heel geschikt model om CO2-uitstoot te verantwoorden, vindt De Waard. “Het is een simpel model met drie scopes. Scope 1 is het gebruik van fossiele brandstoffen die je zelf gebruikt: het aanzetten van de kachel, autorijden, et cetera. Dit kun je makkelijk bepalen en bijhouden.”
 
Scope 2 en 3 gaan over wat jouw onderneming veroorzaakt bij anderen. Scope 2 betreft de CO2 die energiemaatschappijen- en leveranciers uitstoten in hun levering van elektriciteit aan jouw organisatie. De Waard: “Als jouw elektrische kachel brandt, brandt er bij NUON ook een kachel. Einde van het jaar kun je dit opvragen of meekrijgen bij je rekening. Hoeveel CO2 heeft de energiemaatschappij uitgestoten om jou te kunnen bedienen?”
 
Scope 3 is de lastigste, maar is volgens De Waard ook te doen. “Hier ga je kijken naar hoeveel CO2 jouw leveranciers gebruiken om jou te bedienen. Bijvoorbeeld de transportonderneming die bij jou spullen bezorgt. Dit is natuurlijk erg afhankelijk van in welke branche je zit; voor een accountantskantoor ziet het er heel anders uit dan voor een bouwonderneming. Maar nogmaals, het is geen rocket science. Je gaat er een dagje tegenaan en dan verfijn je het. Maar dan ben je tenminste begonnen met het rapporteren over jouw CO2 footprint.”
 
Ook voor externe accountants ligt er een rol. “De onderneming neemt drie scopes in de jaarrekening op. Voor de accountant is dat te controleren. Bij grote kantoren werken al energiedeskundigen die bij de audit worden betrokken. Voor het MKB zijn er veel gespecialiseerde dienstverleners die kunnen helpen.”
 
Uitstootbeleid
Zodra de financials het eerste deel van de hindernissenbaan gelopen hebben – het meten/berekenen van en rapporteren over CO2-uitstoot – is het vervolgens aan de organisatie om doelen te stellen. “Volgens het Parijs-akkoord moet Nederland in 2050 85 tot 95 procent minder uitstoten dan in 1990. Dat betekent in 2030 een reductie van 50 procent”, glimlacht De Waard. “Dat is kort dag. Voor de meeste bedrijven betekent dit dat ze met hun brandstofgebruik aan de slag moeten. Maar dat zal voor sommige ondernemingen niet genoeg zijn: misschien is ingrijpen in het productieproces wel onvermijdelijk. Denk maar aan een transportonderneming. Hoe moeten die het gaan halen? Dat zijn vaak familiebedrijven die maar één doel hebben: kosten besparen. Wanneer ze te duur zijn stappen hun klanten over naar de concurrent. Kortom, die verbruiken geen druppel dieselolie te veel, dus dat wordt een uitdaging.”
 
Misschien lukt het hen niet in scope 1, maar wel in de andere scopes  “Kijk naar je inkoopproces”, suggereert De Waard. “Wanneer je groene stroom inkoopt, mag je het elimineren. En als je zonnepanelen aanschaft, verdwijnt CO2 uitstoot uit scope 2. Inkoop biedt mooie kansen. Ketendenken wordt steeds belangrijker.”
 
Van het verplicht stellen van dit item in de verslaglegging is De Waard – zelf in zijn carrière bij EY betrokken geweest bij duurzaamheidsrapportages – niet direct een voorstander. “Er zijn al genoeg wetten; het zou mooi zijn als het zonder kan. Een duwtje geven is wel een goed idee. Bedenk een list; toch een wetje. Hoe? Geen idee, maar dat er wat moet gaan gebeuren is evident.”

Gerelateerde artikelen