Checklist voor werkelijk rendement box 3
Zes punten voor het berekenen van werkelijk rendement op bezit.
Na het arrest van de Hoge Raad die de herstelwet box 3 buiten werking stelt, moeten meer dan anderhalf miljoen mensen hun werkelijk genoten rendement alsnog berekenen en delen met de Belastingdienst. Accountantsorganisatie SRA vreest een berg werk voor accountants en fiscalisten.
Daarom een handreiking aan degenen die nu met bonnetjes, afschriften, contracten en rekenmachines aan de slag gaan om dat rendement over de afgelopen jaren te achterhalen.
- De aftrek van het heffingsvrije vermogen moet niet bij het werkelijke rendement over het gehele vermogen worden opgeteld. Bank- en spaartegoeden doen uiteraard wel mee
- Belastingheffing op het werkelijke rendement heeft betrekking op alle vermogensbestanddelen in box 3 die de belastingplichtige in de loop van het jaar heeft gehad, ook als die slechts korte tijd in bezit had.
- De vaststelling van het werkelijke rendement betreft het nominale rendement. Verrekening met de inflatie is ook belastbaar.
- De fiscus kijkt rekent ook gerealiseerde én ongerealiseerde positieve en negatieve waardeveranderingen tot werkelijk rendement waarover aangifte moet worden gedaan.
- Op het werkelijk behaalde rendement op vermogen kan geen aftrek van kosten worden toegepast. Een uitzondering is er voor de aftrek van de werkelijke rente van schulden die tot het vermogen in box 3 horen.
- Positieve of negatieve rendementen in andere jaren tellen niet mee voor het vaststellen van het werkelijke rendement in het jaar van aangifte. Ook niet als deze rendementen over de jaarwisseling heen liepen.