Geen tuchtmaatregel voor accountant de Facultatieve

Het hoger beroep van de Stichting Onderzoek Bedrijfs Informatie (SOBI) tegen de uitspraak van de Accountantskamer in de tuchtzaak tegen de controlerend accountant van het crematiebedrijf De Facultatieve is ongegrond.

Lees ook: 
Zes kritiekpunten op EY-accountant in zaak Keizer
Klacht tegen EY-accountant Henry Keizer ongegrond

Dat oordeelt het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) gisteren.

De Beheersmaatschappij ‘De Facultatieve’ (BMF) werd eind 2012 verkocht aan de Facultatieve Groep (FG). SOBI diende een tuchtklacht in tegen de controlerend accountant van het crematiebedrijf met betrekking tot de goedkeurende controleverklaringen bij de jaarrekeningen van BMF en FG.

De Accountantskamer oordeelde dat SOBI niet aannemelijk had gemaakt dat de accountant ten onrechte goedkeurende verklaringen heeft afgegeven bij de jaarrekeningen 2012. Het verwijt dat de accountant ook een rol zou hebben gespeeld bij de verkoop van de aandelen eind 2012 bracht SOBI pas tijdens de zitting bij de Accountantskamer en daarmee te laat naar voren. De Accountantskamer verklaarde de klacht op dit punt niet-ontvankelijk.

Het CBb bevestigt het oordeel van de Accountantskamer. Deze uitspraak is definitief, het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) is de eindrechter in deze zaak. De volledige uitspraak is via deze link te raadplegen. 

Gerelateerde artikelen