Btw voor telecommunicatiediensten verplicht verleggen

Om btw-(carrousel)fraude tegen te gaan is de verleggingsregeling door een wijziging van het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 met ingang van 1 september 2017 verplicht van toepassing bij telecommunicatiediensten.

Verlegging houdt in dat de leverancier van de telecommunicatiediensten op zijn factuur geen btw in rekening brengt maar volstaat met de melding «btw verlegd».

De verleggingsregeling ziet alleen op de dienstverrichting tussen ondernemers die ook deze telecommunicatiediensten verrichten, zodat de dienstverrichting naar eindgebruikers buiten de reikwijdte van die regeling valt. Onder eindverbruikers worden in deze mede verstaan ondernemers die dergelijke diensten aanschaffen om ze zakelijk binnen de eigen organisatie te verbruiken. Doordat de dienstverrichting naar eindgebruikers buiten de verleggingsregeling valt is een ondergrens, zoals is toegepast bij de verleggingsregeling voor de levering van mobiele telefoons, niet nodig.

De verleggingsregeling geldt alleen als de plaats van de telecommunicatiedienst in Nederland is. Ingevolge artikel 6 Wet OB 1968 is dat bij dienstverlening tussen ondernemers het geval wanneer de afnemende ondernemer in Nederland is gevestigd of daar zijn gebruikelijke woon- of verblijfsplaats, zijn zetel of vaste inrichting heeft.

Deze maatregel is de 2e stap in de aanpak van btw-fraude met telecommunicatiediensten. De 1e stap in deze aanpak was een goedkeuring om vanaf 1 juni 2017 de verleggingsregeling toe te staan tussen ondernemers die telecommunicatiediensten verrichten.

Over de aanpak van btw-fraude met telecommunicatiediensten en deze stappen heeft de staatssecretaris van Financiën de Tweede Kamer op 29 mei 2017 geïnformeerd.

(Bron: Fiscanet)

Gerelateerde artikelen