Boete Deloitte voor rol in MG Rover debacle verlaagd tot 3 miljoen pond

Deloitte mag tevreden zijn: de record-boete van £14 miljoen, die het kreeg vanwege de vermeend kwalijke rol in de ondergang van de Britse automaker MG Rover, is in hoger beroep verlaagd tot 3 miljoen.

En Maghsoud Einollahi, destijds de verantwoordelijk partner van Deloitte, zag zijn persoonlijke financiële bestraffing verlaagd van  £250.000 tot £175.000; de drie jaren schorsing die hem eerder werden opgelegd vervielen geheel.

In het hoger beroep besloot de toezichthouder, de  Financial Reporting Council,  een aantal eerdere veroordelingen terug te draaien, waaronder het verwijt dat Deloitte niet in het openbaar belang had gehandeld bij de advisering van de directie van MG Rover rond twee transacties, bekend geworden als  Project Platinum en Project Aircraft. De veroordeling voor Project Platinum bleef overigens overeind. 
 
De FRC bleef ook expliciet bij het standpunt, dat controlerend accountants zich altijd bewust moeten zijn dat hun eerste prioriteit het openbaar belang is; en dat zij daarbij voortdurend keuzes zullen moeten maken, in de trant van neem ik deze opdracht aan, of blijf ik met deze klant op deze manier doorgaan.
 
Maar, moest de FRC toegeven, het was en is binnen de bestaaande wet- en regelgeving niet altijd duidelijk hoe accountants zich in de praktijk aan die zo cruciale vuistregel moeten houden.
Overigens is de curator van het MG Rover faillissement, PwC,  op dit moment doende £56 miljoen destijds teveel betaalde BTW terug te eisen van de Britse belastingdienst. Maar BMW, dat MG Rover overnam en weer grotendeels verkocht in 2000, is van mening dat die BTW aan de eerste eigenaar van MG Rover na het faillssement, lees BMW, overgemaakt zou moeten worden.
PWC wist tot dusverre uit de boedel  £165 miljoen aan de meer dan 5000 crediteuren te betalen.
Gerelateerde artikelen