“Binnen 3 jaar moet 90% van onze inspecties resulteren in een voldoende!”
De CEO van de Financial Reporting Council is nog lang niet tevreden over de kwaliteit van de Britse accountants en hun audits. Noch over de attitude van de grote kantoren.
Tijdens en na de financiële crisis van 2008 waren het vooral de banken, die de schuld kregen, en hun oezichthouders, die blijkbaar te laat te weinig onraad roken. Maar ook accountants kregen de nodige kritiek, omdat zij overduidelijk tekort schoten in hun rol als ‘last line of defence’ tegen de hubris van (veel) bankiers. Te vaak stonden zij als cheerleaders aan de zijlijn, zoals de Parliamentary Commission on Banking Standards het verwoordde, in Groot Brittannië.
Toen Stephen Haddrill aantrad als CEO van de Financial Reporting Council, in het nnajaar van 2009, waren er al de nodige stappen gezet om de accountancy-sector te hervormen. Europa eisten meer functiescheiding en roulatie, in de hoop zo een eind te maken aan de al te ‘cosy’ relaties tussen de grote ondernemingen en hun controlerend accountants.
“Het is goed dat we zien dat Audit committees zich steeds nadrukkelijker opstellen als ‘eigenaren’ van de keuze voor een bepaalde auditor,” aldus Haddrill in een uitgebreid interview in de Telegraph van vandaag. “Tot voor kort was dat vooral de verantwoorsdelijkheid van de CFO – en twee derde van de chief financial officers van de FTSE 350 werkten voorheen bij een van de Big Four, Deloitte, KPMG, EY en PwC. Daar lag en ligt het gevaar van belangenverstrengeling levensgroot op de loer.”
In de Londense city voelen toezichthouders en standaardzetters de toegenomen druk ook . Nog vorige week kreeg bijvoorbeeld de Britse Financial Conduct Authority een [ublieke schrobbering, omdat het besloot géén nader onderzoek te doen naar de cultuur in de bankensector – de autoriteit zou gebogen hebben onder de druk van de financiële sector. De FRC combineert de rollen van standaardzetter, inspectie van de (kwaliteit van) de controles en tuchtrechter. Dat betekent dat de Raad op kousenvoeten moet lopen in zijn relaties met de grote kantoren.
“We voeren stevige gesprekken,” zegt Haddrill. “We zijn nog steeds niet tevreden over de geleverde kwaliteit. Vorig jaar bleek zo’n 70% van de soor ons onderzochte controles adequaat, maar 30% voldeed werkelijk niet aan de basale normen. Daarom hebben we ons nu tot doel gesteld om dat percentage ‘geslaagden’ in drie jaar naar 90% te verhogen.” Gelukkig, zegt hij, voelen steeds meer Boards zich inmiddels verantwoordelijk voor de kwaliteit van de accountants die hun onderneming inhuurt, en vragen naar de FRC-scores, als er gepitcht wordt voor een nieuwe controlerend accountant.
De FRC gaat dit jaar de reikwijdte van hun inspecties verbreden, van de top-10 naar de top-50 kantoren. Vorig jaar verrichtten de inspecteurs 126 onverwachte inspecties – maar er wordt gefluisterd dat de grote spelers inmiddels AI gebruiken om te voorspellen wie het volgend slachtoffer zal zijn, omdat ook de FRC gebruik maakt van een ‘risk model’ om te bepalen welke audit onderzocht gaat worden. “Dat kan betekenen dat deze kantoren hun beste auditors reserveren voor de meer risicovolle cliënten – en daardoor minder aandacht besteden aan verbetering van de algemene kwaliteit.”
Meer interessante observaties van de FRC-chief via telegraph.co.uk.