BFT: accountant had dubieuze transacties moeten melden

Een accountant had nader onderzoek moeten doen naar dubieuze vastgoedtransacties in Zwolle en Epse. Volgens het Bureau Financieel Toezicht (BFT) was hier sprake van witwassen. Maar in hoeverre heeft een accountant met een samenstellingsopdracht ook een verdere onderzoeksplicht? wierp de verdediging als vraag op.
De beklaagde accountant werkt voor een kantoor in Rijssen. Ze stelde jaarrekeningen samen voor een aantal vastgoedbedrijven in het oosten van het land. Bij transacties in Zwolle en Epse werden forse courtages in rekening gebracht. Ongebruikelijke transacties, oordeelde het BFT, die ze had moeten melden. Zo werd bij een vastgoedtransactie van 290.000 euro maar liefst een ton aan courtage berekend.
 
Volgens het BFT deed ze veel meer dan alleen het samenstellen van jaarrekeningen. Ze gaf belastingadviezen en voerde de administratie, aldus het BFT. ,,Onze witwasregelgeving kent twee pijlers: je moet je cliënt kennen en ongebruikelijke transacties moeten gemeld worden.” Volgens het BFT was er in dit geval aanleiding te veronderstellen dat er sprake kon zijn van witwassen. Courtages werden al in rekening gebracht zelfs ver voordat het vastgoed geleverd werd. Een van de partijen die courtages opstreek is in februari door de rechtbank in Zwolle veroordeeld tot een celstraf voor het onttrekken van 3 ton uit de failliete boedel van The Entertainment Group en het indienen van valse facturen voor een totaalbedrag van ruim 3 miljoen euro.
Dat deze derde partij mogelijk geen BTW afdroeg of vennootschapsbelasting betaalde, dat weet de betrokken AA niet. ,,Dit onttrok zich aan het zicht van mijn cliënt als gevolg van de voorgeschreven aard en inhoud van haar samenstellingswerkzaamheden,” zei de raadsman. Hij hamerde er dan ook op dat ze niet meer deed dan dit. Dat er in facturen wel andere werkzaamheden in rekening zijn gebracht, komt omdat ook anderen binnen het kantoor betrokken waren. ,,Aan de hand van urenstaten had het BFT kunnen constateren dat ze geen andere werkzaamheden verricht heeft. Het is dan ook zeer kwalijk dat ze hier stelt dat dit wel het geval is”, aldus de raadsman. En dat er veel in rekening werd gebracht in verhouding tot de vastgoedtransactie, ligt anders. De ondernemers legden geen verband met de ’transactie an sich’, maar met de hele vastgoedontwikkeling. In het geval van de ton die in rekening werd gebracht bij een transactie van 290.000 euro, ging het om een verwachte omzet van 10 miljoen euro. ,,In die verhouding vind ik dit acceptabel”, zei de AA. Dat van witwassen sprake zou zijn geweest, werd ook betwist. De kopende vennootschappen betaalden de aankopen met gelden die niet door enig strafbaar feit zijn verkregen. En de verkopende partijen kregen gelden die evenmin dubieus waren.
Ook werd de AA persoonlijk verweten dat ze geen melding deed. Maar een accountant in loondienst kan dat helemaal niet, stelde de verdediging. Om een melding te doen, is inschrijving nodig op het daarvoor bestemde platform. En bij inschrijving is een KvK-nummer nodig. Beide partijen mogen nog in een schriftelijke ronde op elkaar reageren.
 
Begin volgend jaar wordt het vonnis verwacht. 
 
Zaaknummer: 14/905
 
Michiel Satink / JPZ
Gerelateerde artikelen