Betalingsproblemen bij de belastingdienst? Regel tijdig uitstel!

Het kan voorkomen dat ondernemers niet in staat zijn de verschuldigde belastingen op tijd aan de belastingdienst te betalen. Hier liggen verschillende oorzaken aan ten grondslag. Zo kan de cashflow binnen de onderneming onder druk komen te staan door slecht betalende of heel laat betalende klanten.

Daarnaast kan een dip in de omzet een probleem vormen om aan het einde van de maand de te betalen belasting tijdig over te kunnen maken. De invordering van belasting, inclusief uitstel van betaling en kwijtschelding van belastingschulden, wordt in de adviespraktijk vaak niet opgepakt, terwijl er juist kansen liggen om de zorgen van de onderneming te verminderen. Wat is er precies mogelijk?

Hieronder wordt ingegaan op diverse onderbelichte mogelijkheden die de wet en regelgeving aan ondernemers met betalingsproblemen biedt:

Algemeen uitstelbeleid voor ondernemers

Met ingang van 1 januari 2015 heeft er een verscherping van het  uitstelbeleid voor ondernemers plaatsgevonden en wordt er op basis van dit “nieuwe” beleid uitstel verleend als aan een aantal voorwaarden is voldaan. De duur mag maximaal 12 maanden beslaan gerekend vanaf de laatste vervaldag van de belastingaanslag. Daarnaast spelen de aard en  omvang van de belastingschuld een rol evenals de liquiditeits- en de vermogenspositie van de onderneming. In dit kader is het aangifte- en betalingsgedrag in het verleden van belang.

Daarnaast dienen de lopende verplichtingen, die geen onderdeel van de uitstel van betaling uitmaken, stipt en tijdig te worden voldaan op straffe van intrekking van de overeengekomen regeling. Tenslotte moet er zekerheid voor de belastingschuld worden gesteld. Voor standaard gevallen voldoet deze regeling, maar dit is geen passende regeling in tijden van crisis en andere tijdelijke betalingsproblemen. Deze regeling schiet vaak te kort en voorziet niet aan de behoefte van de ondernemer waarom het gaat..

Bijzonder uitstel voor ondernemers

Ten tijde van de uitbraak van de  financiële crisis in 2008  en met de val van ‘Lehman Brothers’ is gebleken dat gezonde ondernemingen door een of meerdere slecht betalende debiteuren hun eigen crediteuren en schulden niet meer konden betalen. Het niet betalen van de debiteuren bij veel ondernemingen heeft geleid tot een sneeuwbal effect met een hausse aan faillissementen. Daarnaast was het niet of nagenoeg onmogelijk bij banken een passende financiering te verkrijgen. In deze situatie was het in het kader van de economische malaise niet handig direct bij betaalverzuimen dwanginvordering toe te passen. Immers de faillissementen zouden dan alleen maar toenemen.

De regeling is in eerste instantie alleen in “crisis” gerelateerde situaties toegepast maar in het Belastingplan 2013 is vastgelegd dat dit crisisbeleid ook in situaties mag worden gehanteerd die geen directe relatie hebben met de financiële of economische crisis.

In het kader van bijzonder uitstel mag de ontvanger langer dan een jaar uitstel van betaling verlenen en hoeft er niet voor het volledige bedrag zekerheid te worden  gesteld. Indien er geen zekerheid kan worden gesteld, kan er toch uitstel worden verleend. Tevens dient er door een derde-deskundige een verklaring worden opgesteld  waaruit het onderstaande blijkt:

  1. Dat het gaat om werkelijk bestaande betalingsproblemen;
  2. Dat die betalingsproblemen van tijdelijke aard zijn;
  3. Dat die betalingsproblemen voor een bepaald tijdstip zullen worden opgelost en
  4. Dat er sprake is van een levensvatbare onderneming.

Het oorspronkelijke crisisuitstel heeft op deze manier een vaste plaats in het uitstelbeleid voor ondernemers gekregen.

Kort uitstel voor een belastingschuld van ten hoogste EUR 20.000

Voor een belastingschuld van ten hoogste EUR 20.000 kan zonder onderzoek van de kant van de fiscus schriftelijk of telefonisch uitstel van betaling worden verleend.

De hieraan verbonden voorwaarden zijn:

  1. Totale openstaande schuld van de ondernemer bedraag minder dan
  2. EUR 20.000. er wordt geen rekening gehouden met belastingschulden die al op basis van bezwaar of beroep in een regeling zijn opgenomen;
  3. Er zijn geen belastingschulden waarvoor dwangbevelen zijn uitgebracht;
  4. Er staan geen vergrijpboetes open;
  5. Er is geen uitstel van betaling verleend voor de desbetreffende belastingaanslag of andere aanslagen in verband met betalingsproblemen of uitstel in verband met een te verwachten uit te betalen bedrag;
  6. Het mag geen voorlopige aanslag IB of VPB betreffen van het lopende jaar en die in meerdere termijnen kan worden betaald;
  7. Tenslotte mag geen sprake zijn van aangifteverzuim.

Saneringsbeleid voor ondernemers

Het saneringsbeleid houdt dat de belastingdienst in beginsel in het kader van een crediteurenakkoord met nagenoeg alle concurrente schuldeisers, waarbij een gedeeltelijke betaling van de desbetreffende schulden tegen finale kwijting plaatsvindt,  kwijtschelding van de belastingschuld verleent. 

De ontvanger gaat eerst onderzoeken of derden aansprakelijk kunnen worden gesteld voor de openstaande belastingschuld. Als dit betere perspectieven biedt, treedt de ontvanger niet toe tot het crediteurenakkoord.

De ontvanger verleent zijn medewerking aan een (crediteuren)akkoord indien:

  • Het ontvangen deel van de belasting

   -Ten minste het dubbele percentage bedraagt van hetgeen aan schuldeisers wordt uitbetaald;

   -Een substantiële omvang heeft, zowel absoluut als relatief;

   -Ten minste dezelfde omvang heeft als door executie kan worden verkregen.

  • De ontvanger in geen enkel opzicht wordt achtergesteld bij gelijk bevoorrechte schuldeisers;
  • De fiscale verplichtingen die opkomen tijdens de behandeling van het verzoek om kwijtschelding tijdig en volledig worden nagekomen.
  • Bij voorzetting van het bedrijf (of zelfstandig beroep) van belastingplichtige, na de totstandkoming van het (crediteuren)akkoord, sprake is van een levensvatbare onderneming.

In dit kader wordt opgemerkt dat de rekening van leveranciers zonder wie de onderneming niet kan voortgaan mogen worden betaald evenals de adviseur die ondersteuning biedt bij de totstandkoming van het akkoord. Zij worden als een ‘dwangcrediteur’ aangemerkt en hun declaratie kan los van het akkoord volledig worden betaald.

Uitstelbeleid voor ex-ondernemers

Voor ex-ondernemers is net als voor particulieren is een ruimer uitstelbeleid van toepassing, ook ingeval de belastingschuld wel betrekking heeft op de ondernemersperiode. De regeling beslaat maximaal 12 maanden en alleen in geval van bijzondere omstandigheden kan de periode voor een langere termijn dan 12 maanden worden ingewilligd.

Indien de betalingscapaciteit van de ex-ondernemer het niet mogelijk maakt de schuld binnen 12 maanden te voldoen, dan wordt een dergelijk verzoek door de ontvanger ambtshalve als een verzoek om kwijtschelding behandeld.

Ik heb veel ervaring met de bovengenoemde besproken regelingen en heb tientallen akkoorden tot stand gebracht tot tevredenheid van diverse ondernemers. Daarom ken ik veel ontvangers bij de belastingdienst door heel Nederland om dit soort zaken mee af te stemmen.

Mocht u cliënten hebben met betalingsproblemen bij de belastingdienst, dan kunt u desgewenst altijd contact met mij opnemen om te sparren over mogelijke oplossingen en om een goed en passend uitsteltraject met de ontvanger af te stemmen.

Door: mr. Michiel van der Pol, specialisme(n): Onderhandelen met de Belastingdienst. Meer weten? Kijk op https://www.fiscaalconsult.nl/

 

Gerelateerde artikelen