Berisping voor accountant die vergaande conclusies trok

Hoor en wederhoor nagelaten. De Accountantskamer vond een berisping op zijn plaats.

Zaaknr. 19/960

Over deze zaak schreven we: 'Naïeve accountant zet miljoenen op het spel'

De accountant die in opdracht van een curator oordeelde of de jaarrekening van een gefailleerde BV een getrouw beeld gaf van de vermogenspositie, is berispt. Zijn rapport vertoont kenmerken van een persoonsgericht onderzoek en dan is hoor en wederhoor op zijn plaats.

Dat laatste had de accountant nagelaten, omdat hij meende dat zijn werk onder de Standaard 4400 viel, bleek uit de tuchtzaak. De klacht was ingediend door aandeelhouders van de Combi Groep BV. Het bouwbedrijf ging in 2014 wegens gebrek aan geld failliet. De curator deed vervolgens onderzoek naar ongebruikelijke transacties. Hij vroeg zich af of de jaarrekening wel een getrouw beeld van de financiële situatie gaf. In een notitie gaf hij aan dat dit niet het geval was. Ook onderzocht hij of het betreffende accountantskantoor, Deloitte, een verwijt kan worden gemaakt. Dit was in een notitie bijgevoegd. Een schrijven die de accountant die de jaarrekeningen in opdracht van de curator doornam, niet had gelezen, zei hij op de zitting.

Hij kwam in zijn rapport tot vergaande conclusies. Maar die passen niet in een 'rapport van feitelijke bevindingen', omdat “in een dergelijk rapport het trekken van conclusies aan de opdrachtgever had moeten worden gelaten'', stelt de tuchtrechter. Het was dus geen Standaard-4400-opdracht. Het lijkt meer op een persoonsgericht onderzoek, omdat de beklaagde “de opdracht had om zich een oordeel te vormen over de juiste verwerking van de verschillende aspecten in de jaarrekeningen, zoals genoemd in de notitie'', vervolgt de tuchtrechter in de uitspraak. In die notitie staat al dat de curator onderzoekt of hij Deloitte aansprakelijk kan stellen.

Aansprakelijkheid
Het onderzoek van de beklaagde accountant zou dus door de curator worden gebruikt om de vermeende aansprakelijkheid verder uit te werken. De beklaagde heeft nooit hoor en wederhoor gepleegd bij het accountantskantoor. Als het horen van een persoon onterecht achterwege blijft, berust het rapport niet op een deugdelijke grondslag. Volgens de Accountantskamer had de beklaagde het kantoor de gelegenheid moeten bieden te reageren. “Daar komt bij dat de betrokkene zich uitsluitend heeft gebaseerd op de door de curator beschikbaar gestelde informatie en hij op basis van deze eenzijdige informatie vergaande conclusies heeft getrokken over verschillende posten in de jaarrekeningen.''

Miljoenen op het spel
Daarnaast had de accountant er rekening mee moeten houden dat de curator zijn rapport in de civiele procedure zou overleggen. Bij die procedures staat nogal wat op het spel, want de inzet is terugbetaling van het volledige faillissementstekort. Tegen de voormalige aandeelhouders vorderde de curator 2,7 miljoen euro. 

In de procedure tegen Deloitte staat vermoedelijk 10 miljoen euro op het spel, blijkt uit een van de faillissementsverslagen. Bij die procedure bij de rechtbank in Rotterdam speelt het rapport dat de accountant opstelde een cruciale rol. Op verzoek van de advocaten van klagers trok de accountant uiteindelijk het rapport in 'omdat het gebruikt is voor oneigenlijke doeleinden'. De beklaagde accountant wist dat de curator de klagers aansprakelijk zou stellen. En hij wist ook dat zijn rapport door de curator gebruikt werd om diens standpunt verder uit te werken.

De Accountantskamer vond een berisping passend, waarbij is meegewogen dat de accountant niet eerder een maatregel kreeg opgelegd.

Gerelateerde artikelen