Berisping voor AA die beterschap belooft en ‘op de goede weg is’
Door Jan Smit
Zaaknr 20/1254
Zo lichtte de voorzitter van de Accountantskamer maandag het besluit toe om een AA te berispen. De reden: zijn kantoor voldeed bij drie achtereenvolgende toetsingen onvoldoende aan de kwaliteitsnormen. Voor de NBA aanleiding om de tuchtrechters te vragen om een maatregel.
De AA, die sinds 1998 met een onderbreking van acht jaar staat ingeschreven, nam in 2014 een klein accountantskantoor over in Drenthe. Bij een toetsing in 2016 constateerde de Raad van Toezicht van de NBA de nodige tekortkomingen in de samenstellingspraktijk. Bij een tweede inspectie in 2018 bleek er opnieuw veel mis.
De RvT stelde de AA in de gelegenheid verbeteringen door te voeren, maar begin 2019 bleek zijn kantoor, dat is gespecialiseerd in de audit voor bewindvoerders, wederom niet te voldoen aan de eisen van het interne stelsel van kwaliteitsbeheersing.
De RvT toetste daarbij twee samenstellingsopdrachten. Bij een van de twee zat in het dossier geen opdrachtbevestiging. Ook ontbraken bijvoorbeeld een bedrijfsbeschrijving, een oordeelsvorming en, in beide gevallen, een bevestiging van het management. Verder stond er in een van de jaarrekeningen geen post voorraden en waren de documentatie en rapportage ondermaats.
Volgens de NBA heeft de AA ruimschoots gelegenheid gekregen om de werkwijze te verbeteren, maar daar onvoldoende gebruik van gemaakt. Dat is in strijd met de fundamentele beginselen van professionaliteit, vakkundigheid en zorgvuldigheid, aldus advocaat Maaike Feenstra namens de beroepsorganisatie.
“De feiten bestrijd ik niet,” reageerde de accountant. “En het klopt dat ik ruimschoots de gelegenheid heb gehad voor verbeteringen. Maar door een dreigend faillissement en privéproblemen is het er gewoon niet van gekomen. Alle energie stroomde uit mijn lichaam weg. De wil was er wel, maar de praktijk was weerbarstig.”
Inmiddels heeft de AA hulp gezocht bij Extendum en zijn er volgens hem ‘grote stappen gezet’, waardoor het kantoor de zaken binnenkort weer op orde heeft. Dat laatste werd tijdens de zitting door een adviseur van dit kennis- en adviescentrum bevestigd.
De tuchtrechters leken daar nog niet direct van overtuigd. De voorzitter: “Wij stellen onszelf dan altijd de vraag: hebben we hier nu te maken met een accountant die zegt: ammehoela met al die regels of met iemand die van goede wil is, maar het door omstandigheden niet is gelukt de boel op orde te krijgen?”
Ook wilde een van de leden weten waarom de AA niet eerder een adviseur had ingeschakeld. “Dat had ik inderdaad moeten doen,” erkende de accountant. “Een telefoontje had mij gered. Maar dat kwam niet bij mij op.”
Of de NBA er vertrouwen in had dat de AA er met behulp van de adviseur in zou slagen binnenkort weer aan alle kwaliteitseisen te voldoen, wilde de voorzitter weten. Was de organisatie bereid tot een hertoetsing? “Wij vinden deze adviseur een prima collega, daar hebben we alle vertrouwen in,” aldus Gert-Jan van der Wielen, adviseur van de RvT. “Ik zal dit verzoek meenemen naar de NBA.”
Na een korte schorsing kwam het direct tot een uitspraak. Het tuchtcollege vind de klacht gegrond en legde een berisping op. Met daarbij de waarschuwing dat de Accountantskamer een volgende keer ‘veel minder genadig zal zijn dan nu’.