Belastingschuld niet aftrekbaar in box 3. Of wel?

Een dga (naar verluidt de oprichter van Randstad) schonk in 2008 ieder van zijn drie dochters een substantieel aandelenbelang in zijn holding. Destijds was er nog geen doorschuifmogelijkheid voor de afrekening van de aanmerkelijk belangheffing. En de dga had dus een aanzienlijke IB-schuld. Hij kreeg hiervoor wel 10 jaar lang renteloos uitstel van betaling. IB-schulden zijn niet aftrekbaar in box 3.

Daar verzon de dga het volgende op: hij droeg de IB-schuld over aan zijn BV. Op die manier bracht hij alsnog een vermogensdaling van meer dan 100 miljoen in box 3 teweeg. Daar wordt elke zichzelf respecterende inspecteur natuurlijk wat chagrijnig van.

Volgens de inspecteur ging de vlieger niet op omdat bij een schuldovername de schuldeiser (de belastingdienst) de overname moet goedkeuren. En dat deed de belastingdienst niet. Volgens de inspecteur bleef de dga dus gewoon een (niet aftrekbare ) belastingschuld aan de fiscus houden. De zaak kwam voor het Hof en uiteindelijk voor de Hoge Raad. De Hoge Raad gaf de dga gelijk. Ook al werkt de schuldovername niet tegenover de ontvanger, de schuld gaat de dga niet meer aan (in de woorden van de Hoge Raad: “De draagplicht van de belastingschuld is overgegaan op de BV”) en behoort dus niet meer tot het vermogen in box 3.

Bijkomend fiscaal voordeel van deze constructie is het volgende. De dga heeft de schuld overgedragen tegen de contante waarde. Voor minder dus dan de nominale waarde (er was immers 10 jaar uitstel van betaling). De BV moet na 10 jaar natuurlijk wel de volledige nominale waarde aan de belastingdienst betalen. Het verschil tussen de nominale waarde en de lagere contante waarde is een extra aftrekpost voor de BV!

[Drs. Jeroen de Vos RB en Mr. Paul Hofmeister, Van Oppen & Partners accountants en belastingadviseurs

Gerelateerde artikelen