Belastingplan 2024: 6 maatregelen die ondernemingen raken
Vandaag heeft staatssecretaris Van Rij van Financiën (Fiscaliteit en Belastingdienst) het pakket Belastingplan 2024 aangeboden aan de Tweede Kamer. Het pakket bevat noodzakelijke maatregelen voor de samenleving en het belastingstelsel, stelt het Ministerie van Financiën. Hiermee beoogt het kabinet de koopkracht te ondersteunen, armoede te bestrijden, het belastingstelsel te verbeteren en eenvoudiger te maken, en maatregelen te nemen om de vastgestelde klimaatdoelen te halen.
De extra uitgaven worden deels betaald uit meevallers in 2024, maar ook door andere maatregelen om de belastinginkomsten op peil te houden, zo stelt het ministerie.
De volgende maatregelen raken ondernemingen en ondernemers:
1. Verlaging MKB-winstvrijstelling
Er worden financiële tegenvallers verwacht in de geraamde opbrengst van de wereldwijde minimum winstbelasting voor multinationals van vijftien procent (Pijler 2) en het uitstel van het nieuwe stelsel van box 3 van 2026 naar 2027. Daarom is het noodzakelijk om een aantal aanvullende maatregelen te nemen. Op deze manier blijven de overheidsfinanciën gezond en worden lasten niet doorgeschoven naar toekomstige generaties. Zo is er besloten om de MKB-winstvrijstelling te verlagen van veertien procent naar 12,7 procent.
2. Verruiming vrijstelling voor OV-abonnementen
Het kabinet verhoogt ook de onbelaste reiskostenvergoeding van 21 naar 23 cent per kilometer en maakt het voor werkgevers makkelijker om OV-abonnementen te verstrekken aan werknemers. De vrijstelling voor OV-abonnementen en voordeelurenkaarten wordt daarom verruimd en is er geen belasting verschuldigd als de werknemer de OV-kaart voor zakelijke reizen gebruikt.
3. Heffingvrije vermogen niet geïndexeerd
Door het uitstel van het nieuwe stelsel box 3 worden de inkomsten uit box 3 lager. Om dat op te vangen, is ervoor gekozen om eenmalig het heffingvrije vermogen niet te indexeren in 2024. Dit blijft 57.000 euro. Normaal wordt het heffingvrije vermogen jaarlijks geïndexeerd op basis van de inflatie. Daarnaast wordt de belasting in box 3 in 2024 al een jaar eerder met een extra procentpunt verhoogd, van 32 procent naar 34 procent.
4. Aanpassing bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregeling aanmerkelijk belang (DSR ab)
Om het belastingstelsel evenwichtiger en eenvoudiger te maken, heeft het kabinet in het coalitieakkoord afgesproken belastingconstructies aan te pakken en fiscale regelingen die negatief geëvalueerd zijn te versoberen of af schaffen. In lijn daarmee wil het kabinet de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregeling aanmerkelijk belang (DSR ab) behouden, maar wel in aangepaste vorm omdat ze voorkomen dat bij een bedrijfsoverdracht het voortbestaan van een bedrijf in gevaar komt omdat er schenk- of erfbelasting moet worden betaald. Het kabinet neemt in totaal zes maatregelen om de regeling de komende jaren robuuster en eenvoudiger te maken.
5. Stimuleren duurzame investeringen
Het kabinet moedigt duurzame investeringen door ondernemers aan en maakt daarom meer geld vrij voor de energie-investeringsaftrek, milieu-investeringsaftrek en Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk.
6. Klimaatmaatregelen glastuinbouw, elektriciteitssector en industrie
Afgelopen voorjaar heeft het kabinet met het klimaatpakket een aantal fiscale vergroeningsmaatregelen aangekondigd. Met de klimaatopgave waar we als samenleving voor staan, kunnen we ons door de gemaakte afspraken op klimaatgebied geen stilstand veroorloven, zo stelt het Ministerie van Financiën. Daarom wil het kabinet ook nu een aantal maatregelen invoeren. Het gaat hier om afspraken die voortkomen uit het convenant glastuinbouw, waaronder de CO2-heffing voor de glastuinbouw per 2025 en het afschaffen van de verlaagde tarieven energiebelasting voor de glastuinbouw. De minimum CO2-prijs voor de elektriciteitssector en de industrie gaat vanaf 2024 omhoog, naar 51,70 euro per ton CO2. Ook worden de vrijstellingen op de energie- en kolenbelasting voor producenten van ijzer en bouwmaterialen afgeschaft.