Basisbehoeften beslaan groter deel uitgaven
Van alle consumptie gaat bovendien meer op aan basisbehoeften, zoals wonen en zorg. Ondanks de aantrekkende economie verandert dit beeld maar geleidelijk.
Consument koopt nog steeds minder dan voor de crisis
Huishoudens consumeerden in 2017 gemiddeld nog altijd een kleine zes procent minder dan vóór de crisis.1 Weliswaar spendeerden zij in euro’s in 2017 drie procent meer dan in 2008, maar door prijsstijgingen van in totaal negen procent, kregen ze daarvoor minder goederen en diensten terug. Zelfs als we de aantrekkende consumptie van dit en vorig jaar meerekenen, komt een gemiddeld huishouden ook nu nog beneden het consumptieniveau van voor de crisis uit.
Groter deel consumptie besteed aan basisbehoeften
Een groter deel van hun consumptie besteedden huishoudens bovendien aan de basisbehoeften (wonen, voeding, zorg en energie): 41 procent in 2017 ten opzichte van 36 procent in 2008. Vooral het aandeel van wonen en onderhoud steeg, van 19,5 procent in 2008 naar 23,7 procent in 2017.
Ook aan zorg ging een groter deel op: 3,8 procent in 2017 (3,1 procent in 2008), door vergrijzing en hogere eigen bijdragen. Tot slot gaven huishoudens een groter deel uit aan voedsel en alcoholvrije drank (10,8 procent in 2017, in 2008 nog 10,1 procent), doordat de prijzen van voedsel harder stegen dan gemiddeld. Energie en water drukten in 2017 minder zwaar op het consumptiebudget dan in 2008. Huishoudens zijn in die periode gemiddeld minder energie gaan gebruiken, zoals door energiezuiniger nieuwbouw.
Oorzaken: meer huishoudens, meer collectief, meer sparen
Dat de consumptie per huishouden daalde terwijl het BBP inmiddels 6,5 procent groter was, komt ten eerste doordat er meer huishoudens zijn (+7,5 procent). Een tweede oorzaak was dat huishoudens meebetaalden aan consumptie die via de overheid (+7,1 procent) loopt, zoals zorg- en onderwijsuitgaven. Tot slot spaarden huishoudens meer, zoals via pensioenen, en leenden ze minder, zoals via hypotheken. De lagere consumptie bij een hoger BBP kwam dus door het nastreven van andere, maatschappelijke doelen, zoals meer zorg en onderwijs en het opbouwen van financiële buffers.
Wachten op volledig herstel
Volledig herstel van de consumptie laat nog jaren op zich wachten. Het inkomen van huishoudens stijgt door de economische groei en dus trekt de consumptie ook aan. Echter een relatief groot deel zal gaan naar extra collectief gefinancierde zorg en extra besparingen zoals voor pensioen. Ook het aandeel van de basisbehoeften in de consumptie zal hoog blijven: zo zijn door vergrijzing mensen meer eigen geld kwijt aan zorg, door de energietransitie aan energie en de huurverhogingen zullen hoger blijven dan de gemiddelde inflatie. Zo kan het nog tot 2025 duren voordat huishoudens weer evenveel goederen en diensten kopen als in 2008 en mogelijk nog langer voor de ruimte voor ‘leuke dingen’ weer vergelijkbaar is.
“De ruimte voor leuke dingen is dus nog altijd beperkt en die trekt de komende jaren maar geleidelijk aan”, aldus Marcel Klok van het ING Economisch Bureau. “Dit helpt verklaren dat mensen vinden dat ze nog niet echt profiteren van de economische groei. De groei leverde wel ruimte op voor zorg en de opbouw van buffers”.