AFM past crowdfunding-investeerderstoets aan
Ten eerste hoeft volgens het aangepaste voorschrift pas een eerste investeerderstoets te worden afgenomen bij een investeringsbedrag boven €500 eerder gold dit voorschrift voor elke investering, ongeacht de hoogte van het bedrag.
Ten tweede zal het volgende moment waarop de toets moet worden afgenomen wanneer het totaal geïnvesteerde bedrag voor het eerst hoger is dan €5.000 een beperkter karakter hebben. Bij deze beperkte toets mag worden volstaan met het stellen van vermogensvragen en het wijzen op de risico’s die gepaard gaan met beleggen in crowdfunding. Het voorschrift ging eerder uit van een volledig nieuwe toets.
Deze beperkte toets geldt ten derde ook voor elke volgende €5.000 die wordt geïnvesteerd. In het eerder gecommuniceerde voorschrift was nog sprake van een herhaalde toets bij iedere volgende investering (ongeacht de hoogte van het bedrag).
Er is voor deze aanpassingen van het voorschrift gekozen omdat het herhaalde karakter van de investeerderstoets op voorhand als belemmerend wordt ervaren door de platforms voor investeerders die kleine bedragen spreiden over diverse projecten. Die investeerders zouden bij een herhaling bij iedere investering mogelijk afzien van spreiding, afzien van de investering of het waarschuwende en risicobeperkende karakter bagatelliseren. De AFM heeft een ondergrens van €500 geïntroduceerd om tegemoet te komen aan het maatschappelijk karakter van crowdfunding, waar investeerders op grond van verbondenheid met een project willen investeren. De sector heeft aangegeven dat het om een grote groep investeerders gaat die met relatief kleine bedragen in crowdfunding willen investeren.