AFM: digitalisering is frauderisico voor accountants

Hiervoor waarschuwt de AFM in haar agenda voor 2022. De waakhond wijst erop dat de digitalisering impact heeft op zowel de bedrijfsvoering van ondernemingen die leidt tot verslaggeving, als op de controle door accountantsorganisaties 

“Er wordt in grotere mate gebruik gemaakt van technologie en data-analytics bij de uitvoering van wettelijke controles”, schrijft AFM. “Dit kan kwetsbaarheden met zich meebrengen, zoals de beheersing van de IT-omgeving en de gevoeligheid voor cybercriminaliteit.”

Dit jaar gaat de AFM het toezicht op de sector zowel verbreden als verdiepen. Voor het eerst zal de organisatie het toezicht op de 260 niet-OOB kantoren zelf uitvoeren. Voorlopig wordt de soep nog niet zo heet gegeten, sust de waakhond. Die wil de niet OOB-kantoren eerst beter leren kennen. 

“Ons uitgangspunt voor 2022 is het vergroten van de kennis over het niet- OOB-segment en het verkrijgen van meer inzicht in de risico’s”, schrijft de AFM. “Ons toezicht zal primair gericht zijn op het stimuleren van het lerend vermogen in de sector en het werken aan verbeteringen die bijdragen aan het duurzaam borgen van kwaliteit.”

De AFM spreekt over een ingroeipad dat loopt tot 2024. “In deze periode vormen we ook een beter beeld van de risico’s voor het duurzaam waarborgen van kwaliteit in dit segment. We kunnen het toezicht effectiever uitvoeren wanneer we de beschikking hebben over meer data en meer inzicht hebben in de risico’s.”

De OOB-kantoren kunnen wel rekenen op scherper toezicht. “We stimuleren OOB-accountantsorganisaties om de kwaliteit duurzaam te borgen en doen instellingsspecifiek en -overstijgend onderzoek naar elementen van de borging”, zo klinkt de ietwat raadselachtige uitleg van de AFM. “Hierbij betrekken we onderwerpen die in dit segment aandacht vragen.”

Onderdeel van het verscherpte toezicht op de OOB-kantoren is de invoering van een vernieuwde toezichtmethodologie. “Door meer datagedreven te werken, kunnen we het risicogebaseerde toezicht verder vormgeven”, aldus de AFM.

Een speerpunt van de AFM is de betere verbinding tussen niet-financiële en financiële verslaggeving. De waakhond constateert dat het belang van niet-financiële verslaggeving toeneemt bij grote bedrijven. Deze informatie helpt beleggers om de link te leggen tussen de niet-financiële prestaties en risico’s, zoals op sociaal gebied, ethiek en mlieu, en de impact hiervan op de toekomstige financiële prestaties van de onderneming, aldus de toezichthouder.

“Niet-financiële informatie gaat niet alleen om het goede doen, maar ook om goed te rapporteren wát je doet en hoe dat effect heeft op de financiële positie, het milieu en klimaat en het toekomstige resultaat van de onderneming”, luidt de toelichting van de AFM. “Voor meer consistentie in de verslaggeving van de NFI, zijn nieuwe, overkoepelende NFI-standaarden van belang. Nieuwe Europese richtlijnen voor een grote groep ondernemingen, de zogenoemde Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD), gelden voor boekjaren vanaf 2023. Belangrijk dat ondernemingen die hieraan moeten voldoen zich hierop tijdig en goed voorbereiden.”