Advocaten: ‘Nederland is vriendelijk voor bedrijven; wij zijn het Delaware van de EU’
Advocaten Liedenbaum en Kaarls van Houthoff wijzen er in het interview (‘Wij zijn het Delaware van Europa’) op dat veel kleinere Nederlandse bedrijven moeite om accountants te vinden voor goedkeuring, wat vervolgens tot een overname kan leiden. Eerder uitten ook andere instanties deze constatering. Volgens de geintervieweden komt dat enerzijds omdat de Big Four het druk hebben met de grote bedrijven en anderzijds omdat de minder grote accountantskantoren hun vergunning – want niet lucratief – hebben opgegeven.
- Nederland is een aantrekkelijke vestigingsplaats voor Amerikaanse bedrijven uit de staat Delaware.
- Veel kleinere Nederlandse bedrijven hebben moeite om accountants te vinden voor goedkeuring, wat tot overnames kan leiden.
- Het Nederlandse ondernemingsrecht is vriendelijk voor bedrijven en biedt voorspelbare rechtspraak.
“De staat Delaware kent een voorspelbare rechtspraak voor ondernemingen”, licht Alexander Kaarls toe. "Want onze rechtspraak geldt als navenant betrouwbaar, het Nederlandse ondernemingsrecht is vriendelijk voor bedrijven, wij zijn voor Amerikanen en andere Europeanen steeds meer het Delaware van Europa. Daar waar bijvoorbeeld de Britten heel veel juridische beperkingen kennen, lijken wij op de Verenigde Staten. Want net als in Amerika kun je je in Nederland bijvoorbeeld verdedigen tegen onwelkome overnameplannen en multiple voting rights implementeren.” [Artikel gaat verder na de volgende alinea]
Willem Liedenbaum: “Vanwege die aantrekkelijkheid is het óók een trend dat grote buitenlandse bedrijven als remmenfabrikant Brembo, drankenleverancier Campari Group en Ariston Group (van onder andere ATAG, red.) naar Nederland verkassen en hier een NV worden. Wat betreft openbare biedingen; als bieder kun je in Nederland de onderneming meteen na het bod volledig integreren en hoef je niet die vier tot zes maanden te wachten op afronding van de uitkoopprocedure. Je haalt als het ware het gekochte bedrijf leeg, maar laat de cash achter voor de aandeelhouders. Zo blijft voor hen de waarde ‘gewoon’ gelijk.”, aldus Liedenbaum.