Accountantskamer: Klachten tegen deskundige ongegrond

Klachten over een deskundige die in een rapport aan het Scheidsgerecht Nederlands Arbitrage Instituut (NAI) gegevens gemanipuleerd zou hebben, zijn allemaal ongegrond. Volgens de tuchtrechter is geen van de klachtonderdelen door de klagers aannemelijk gemaakt.

Dat bleek maandag uit het vonnis van de Accountantskamer. De verwijten logen er niet om: een ervan was dat de accountant meewerkte aan fraude. De betrokkene was als deskundige ingeschakeld door het Scheidsgerecht Nederlands Arbitrage Instituut (NAI). Zijn bericht moest duidelijkheid verschaffen in de cijfers rond de afwikkeling van twee vennootschappen onder firma in vastgoed, beleggingen en horeca. Zijn concept-deskundigenbericht schoot bij een van de twee in onmin levende ondernemingen in het verkeerde keelgat. De accountant zou de opdracht onjuist hebben uitgevoerd, volgde de instructies van de arbiters niet op en verstrekte eigen interpretaties. Ook voerde hij zijn opdracht bewust niet uit volgens de richtlijnen (standaard 4410 van de NVCOS), schond hij wettelijke kaders ten aanzien van de omzetbelasting en communiceerde hij onjuist en onvolledig richting de opdrachtgevers.

De verwijten dat de accountant de opdracht onjuist uitvoerde en bewust de daarvoor geldende standaard negeerde, werden door de klagers onderbouwd met brieven van hun advocaat. Maar daarmee zijn de verwijten onvoldoende concreet gemaakt en onderbouwd. Ook het scheidsgerecht kende die brieven maar zag er geen aanleiding in te oordelen dat de betrokkene de opdracht niet juist uitvoerde. Ook het verwijt dat de betrokkene kosten voor onderhoud en inrichting van hotelkamers onjuist opvoerde, is niet verduidelijkt. De deskundige bood de klagers aan om informatie aan te leveren en om te reageren op zijn concept-bericht. Dat maakte dat ook het verwijt dat hij niet communiceerde, ongegrond is.

Voor verwijten van manipulatie en fraude zag de tuchtrechter al helemaal geen bewijzen. “De Accountantskamer merkt voorts op dat klaagsters voor hun ter zitting geuite verwijten dat betrokkene wat betreft de BTW heeft meegewerkt aan fraude, dat betrokkene zich heeft ontpopt als een meester in het manipuleren van gegevens en dat betrokkene het scheidsgerecht bewust heeft misleid, nog geen begin van bewijs hebben aangedragen. Gelet op het voorgaande dient ook dit klachtonderdeel ongegrond te worden verklaard'', aldus het vonnis.

De klacht is geheel ongegrond verklaard.

Lees ook:

[Door: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle

Gerelateerde artikelen