Accountant ‘wordt wakker’ na kantoortoets
In 2009 werd het kantoor getoetst en bleek er het nodige mis. In 2012 was er een hertoetsing en ook deze was onvoldoende. Waarom de NBA toen al niet zich tot de tuchtrechter wendde, wist de organisatie maandag niet. Wel was duidelijk dat ook bij toetsingen in 2013 en in 2015 er nog altijd het nodige aan schortte. Vooral de toets van 2015 was volgens de NBA overduidelijk reden om naar de tuchtrechter te stappen: vier van de vijf onderzochte dossiers bevatten een reeks aan fouten.
Tekortkomingen
De geconstateerde tekortkomingen in een notendop: een niet werkend stelsel van kwaliteitsbeheersing, het niet vastleggen van compliance-werkzaamheden en het niet inspecteren van dossiers. “Ernstige tekortkomingen waarvoor beide heren verantwoordelijk zijn'', aldus advocaat Marijse Neuteboom-Klink namens de NBA. De aangeklaagde RA was eigenaar en beleidsbepaler van het kantoor. “Hij moest waarborgen dat het stelsel van kwaliteitsbeheersing voldeed. Dat toetsers in vijf dossiers zoveel tekortkomingen zagen, kan niet los gezien worden van de verantwoordelijkheid van de RA.'' Ook in het enige dossier van hem zaten fouten. “Hij ziet in dat de zaken misliepen en heeft nieuw personeel aangetrokken. De NBA waardeert dat, maar dat doet niets af aan de geconstateerde tekortkomingen.''
'Wake up call'
Raadsman Jan Ekelmans vroeg de Accountantskamer vooral om vooruit te kijken. “De NBA waardeert de inspanningen die mijn cliënt deed na de hertoetsing van 2015 en ik denk dat die inspanningen van betekenis zijn voor welke maatregel op zijn plaats zou zijn.” De advocaat benadrukte de persoonlijke omstandigheden van de RA destijds: hij lag in scheiding. “Het rechtvaardigt niet enig tekortschieten, maar is van betekenis voor de vraag wat er is aangetroffen.” De accountant heeft voor zijn kantoor inmiddels een ervaren collega aangetrokken die ruim 20 jaar voor Deloitte werkte. De bedoeling is dat hij medebestuurslid wordt. “De 'wake up call' van de toetsing van 2015 is daadwerkelijk en stevig doorgedrongen.” De tweede gedaagde liet zich eind 2016 al uitschrijven. Hij nam wettelijke controleopdrachten op zich met het idee dat de RA hem daarin zou ondersteunen. Maar door diens persoonlijke problemen besloot hij te helpen door het wel zelf te doen, met alle fouten tot gevolg. “Ik heb begrepen dat dit geen vak voor mij is. En ik ben ook niet van plan in de accountancy terug te keren.”
‘Niemand benadeeld’
De leden van de Accountantskamer wilden van de RA weten waarom hij denkt op de goede weg te zitten. Want tot op heden besloot hij geen specialistische organisatie in de arm te nemen om zijn kantoor weer op de rit te krijgen. “Ik heb overwogen de hele controlepraktijk af te stoten. Toen dacht ik: ik kan het wel, maar dan heb ik iemand nodig. Die meen ik gevonden te hebben.” Hij gaf ook aan dat hij in 2013 nog het idee had dat ze het best goed deden, op zijn kantoor. Dat er na de toetsing van 2012 flinke slagen gemaakt waren. “Ik zie niet vaak dossiers met zoveel fouten op zoveel punten. Kunt u dat zelf niet inschatten?” vroeg de voorzitter. De accountant bleef wijzen op het aantrekken van een ervaren accountant. Zijn raadsman benadrukte dat door de fouten niemand benadeeld is. “Er zijn geen claims binnengekomen.'' Als mogelijke maatregel denkt de NBA aan een doorhaling van zes maanden. De raadsman meende dat dit eerder hooguit zes weken zouden moeten zijn.
Vonnis over circa 15 weken.
(Zaaknrs. 17/803 en 17/804)
[Door: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle]