‘Accountant Steinhoff wist door list en bedrog niets van fraude’

De accountant van meubelgigant Steinhoff Group zegt te zijn misleid door zijn Duitse collega.

Zaaknr. 20/1814

De accountant, voorheen van Deloitte maar daar inmiddels niet meer werkzaam, is door de AFM voor de tuchtrechter gedaagd. Steinhoff was na Ikea een van de grootste woonwarenhuizen ter wereld. Om fiscale redenen zetelde de Zuid-Afrikaanse Steinhoff Group vanaf 2015 in Nederland. De betrokken accountant controleerde de jaarrekening 2015-2016. Krap een jaar later kwam naar buiten dat er boekhoudkundige onregelmatigheden waren ontdekt. Deloitte trok de controleverklaring in. Een onderzoek volgde en in 2019 werd bekend dat het bestuur de waardering van het concern met 6,5 miljard euro zou hebben opgeblazen, bleek eerder al uit artikelen van het FD.

Duits onderzoek
Volgens de AFM wist de Nederlandse accountant dat de Duitse autoriteiten het management van Steinhoff onder de loep namen. En hij had daar zelf meer onderzoek naar moeten doen, zo wordt hem verweten. Over die Duitse onderzoeken kreeg hij tegenstrijdige informatie, zei advocaat Marije Batting namens de AFM. De Duitse justitie richtte zich op Steinhoff Europe dat in Duitsland zetelde. De betrokkene zag geen reden dit als frauderisicofactor te zien. Duidelijk was dat niet alleen kantoren maar ook de eigendommen van de bestuurders zelf onderwerp van onderzoek waren. 

Volgens CEO Markus Jooste hadden deze onderzoeken geen impact op groepsniveau van Steinhoff. Batting: “Bekend is dat er een strafrechtelijk onderzoek liep naar transacties met derden voor een paar honderd miljoen euro.'' De accountant noemde de informatie die hij van Jooste kreeg 'plausibel', maar nergens blijkt dat hij die informatie daadwerkelijk evalueerde, aldus Batting. “Dat het onderzoek strafrechtelijk van aard was, blijkt alleen al uit het feit dat een van de managers werd bijgestaan door een 'defending counsel'. De accountant had meer onderzoek moeten doen.''

Ook naar een transactie ter grootte van 460 miljoen euro met een partij die zetelde op de Britse Maagdeneilanden had de accountant beter moeten kijken. Alleen al het feit dat het bedrijf in dit belastingparadijs zetelde was daar reden voor. Dat dit bedrijf die som geld zou betalen, daarvan bestond alleen 'een mondelinge overeenkomst'. In een handgeschreven gespreksnotitie van de accountant staat dat manager Jooste zei juist dat de betaling al ontvangen was. Hoe zat het nou? “De accountant heeft geen bankafschriften die deze betaling verifieert. Hij heeft geen werkzaamheden verricht om vast te stellen of dat geld daadwerkelijk is binnengekomen'', zei Batting.

Advocaat Daan Lunsingh Scheurleer schetste in zijn verweer uitvoerig de omstandigheden waaronder zijn cliënt moest werken. Eind november 2017 drong het controleteam van Deloitte aan op onafhankelijk onderzoek naar mogelijk boekhoudkundige onregelmatigheden. De accountant en zijn team zaten op dat moment in het Zuid-Afrikaanse Stellenbosch om de zaak te bespreken. “De druk daar is nauwelijks voorstelbaar. Voor Jooste en zijn handlangers stond alles op het spel. Er stond een team standby om de accountant naar het vliegveld te escorteren.'' In die moeilijke omstandigheden “heeft de accountant zijn rol als hoeder voor de maatschappij waargemaakt'', aldus Lunsingh Scheurleer.

Centraal in het verweer staat de vraag wat de betrokken groepsaccountant had kunnen doen tegen het geraffineerde bedrog waarmee de fraude voor hem onzichtbaar bleef. Vooral de Duitse accountant van Steinhoff Europe bedroog de accountant. “Wat mag je in redelijkheid dan nog van mijn cliënt verlangen?'' De Duitse collega verzweeg cruciale informatie. Het was juist de betrokkene die de verschillende auditors in 2016 bij elkaar riep in Parijs. Op die bijeenkomst was juist het identificeren van frauderisico's een belangrijk onderwerp. Ook de Duitse accountant was daar. “Nu is duidelijk dat ze over informatie beschikte waarvan ze wist dat die cruciaal was voor de groepsaccountant. Desondanks deelde ze die informatie niet.'' 

Het onderzoek van de Duitse autoriteiten bijvoorbeeld werd door de accountant van Steinhoff Europe neergezet als een 'belastingkwestie'. Een plausibel verhaal, zei de advocaat. Die onderzoeken gingen over een discussie over het belastingregime, een kwestie die veel vaker bij grote internationale ondernemingen speelt, zei de raadsman. Er speelden meer fiscale kwesties, net als in het voorgaande boekjaar. Dus er was geen reden argwaan te hebben over die onderzoeken, zei hij.

Tot augustus 2017 had de betrokken accountant geen reden om te twijfelen aan de verstrekte informatie. Die maand publiceerde een Duits tijdschrift voor het eerst over de mogelijke boekhoudfraude. “En op het moment dat de accountant nadere stappen wilde zetten, kreeg hij een brief van het Duitse Openbaar Ministerie onder ogen dat Jooste onderwerp was van een strafrechtelijk onderzoek'', zei advocaat Lunsingh Scheurleer. Hij vindt het opleggen van een maatregel aan deze accountant niet passend. “Toen hij ontdekte dat er mogelijk iets niet in de haak was, is hij gaan graven. Het opleggen van een maatregel gaat voorbij aan zijn cruciale rol bij het blootleggen van de fraude.''

Gerelateerde artikelen