Accountant niet verantwoordelijk voor advies vader

De klacht tegen een accountant dat zijn vader een slecht fiscaal advies uitbracht, is door de Accountantskamer ongegrond verklaard. Zelfs als de berekende belastingschuld al onjuist was, heeft de betrokkene hierover overleg gevoerd met een fiscalist. Daarom kan hem niet verweten worden dat hij dit fiscale advies ongemerkt heeft laten passeren.

Dat oordeelde de Accountantskamer. De vader was tot 2007 de accountant van de bedrijven waar in 2012 de herstructurering noodzakelijk was. In 2007 liet hij zich uitschrijven als accountant om zich te concentreren op fiscaal-juridisch advies. Wel was hij nog altijd bij hetzelfde accountantskantoor betrokken waar in 2009 de beklaagde het accountantswerk voor de betreffende klant op zich nam. Volgens de klagers maakte de vader een fout door de zogeheten thin-capregeling niet op te merken.

Volgens die regeling is soms een renteaftrek uitgesloten. De fiscus meende dat dit hier het geval was wat tot een nadeel van 1,5 ton leidde. Het advies van de vader vond plaats onder de verantwoordelijkheid van de RA, meende de advocaat die namens de bedrijven uit de omgeving van Rotterdam optrad.

Ook werd de accountant verweten dat hij niet gemeld had dat zijn vader niet langer als accountant stond ingeschreven. Dit kan hem niet worden verweten, reageerde de accountant, omdat hij pas twee jaar na die uitschrijving de accountant van klagers werd. Volgens de tuchtrechter hebben de klagers deze klacht niet verder onderbouwd en moet deze mede hierom ongegrond verklaard worden. Dat de beklaagde de accountant van klagers was “maakt niet dat betrokkene vaktechnisch verantwoordelijk kan worden gehouden voor werkzaamheden van geheel andere aard, bestaande in een advies over de financiering van de aankoop van aandelen in het kader van bredere advisering over de fiscaalrechtelijke aspecten van de herstructurering van klaagsters”, oordeelde de Accountantskamer. De betrokkene had slechts een samenstellingsopdracht en niet een controleopdracht “zoals klaagsters gezien de formulering van dit klachtonderdeel kennelijk veronderstellen”. Hij liet een fiscalist kijken naar de berekende belastingschuld en liet zich hierover dus nader informeren. De gehele klacht is daarom ongegrond verklaard.

Lees ook:

[Door: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle]

Gerelateerde artikelen