Accountant meldde ongebruikelijke transactie niet
Zaaknr. 17/473
De zaak draaide om meer dan een half miljoen euro aan obligaties uitgegeven door het bedrijf InMotion BV dat robots ontwikkelde. Een groot deel ervan werd bekostigd door drie klagers die de accountant voor de tuchtrechter sleepten. Kapitaal van InMotion werd overgeheveld naar Goedlicht Holding en beide vennootschappen gingen eind 2015 failliet. Hier was sprake van zogeheten ponzifraude, zo meenden de klagers. Geld uit leningen werd gebruikt om andere leningen af te betalen, niet om de beloofde investeringen te doen. De accountant meende dat hij geen melding hoefde te doen. Dat zou alleen het geval zijn als er concrete aanwijzingen zijn van witwassen of het financieren van terrorisme, zo zou in de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) staan. Volgens de tuchtrechter heeft die wet een veel ruimere strekking: iedere ongebruikelijke transactie moet gemeld worden. Dat daarvan sprake is, bevestigde de accountant al in zijn brief. Hij is dus in strijd met artikel 16 van de Wwft ,,niet overgegaan tot het als ongebruikelijke transactie melden bij de FIU=NL van het aantrekken van gelden, zonder dat er mogelijkheden bestaan om die financiering terug te betalen'', aldus de uitspraak van de tuchtrechter.
De klacht dat de accountant tijdens besprekingen nooit aangaf dat de boekhouding niet op orde was, hebben klagers onvoldoende concreet gemaakt. Dat klachtonderdeel is ongegrond verklaard. Ook vonden klagers dat de accountant de samenstellingsopdracht voor de jaarrekening 2010 niet tijdig teruggaf. Gezien de vermoedens van ponzifraude had de accountant bij de leiding van het bedrijf eerder en met meer diepgang moeten doorvragen. De Accountantskamer meent dat ,,hij onder de gegeven omstandigheden onvoldoende en met onvoldoende voortvarendheid onderzoek heeft gedaan alvorens de opdracht voor de samenstelopdracht voor 2010 terug te geven''.
Auteur: Michiel Satink / Juridisch Persbureau Zwolle