‘Accountant had opnames van tonnen moeten melden’
Zaaknr. 18/2011
Een Limburgse ondernemer nam in een aantal maanden tijd tonnen aan contant geld op. Werd hij afgeperst? Nabestaanden van de in 2016 overleden ondernemer menen dat zijn accountant melding had moeten doen van ongebruikelijke transacties.
De rekening-courant van de ondernemer liep van eind 2013 tot in de loop van 2015 op van 31.000 euro tot ruim 7,5 ton. Contante opnames die niet pasten bij de ondernemer, zo viel de accountant van BDO al op. “Het geld ging niet op aan drank, hoeren of drugs: dat is allemaal uitgesloten. De man heeft een normaal leven geleid'', zei advocaat Joost Papeveld.
Hij stond de weduwe bij van de ondernemer. Het mogelijke slachtoffer van een afpersing maakte begin 2016 zelf een einde aan zijn leven zonder aan te geven in welke moeilijke positie hij in die periode zat. De enorm opgelopen rekening-courant kwam voor de weduwe als een volslagen verrassing. In Limburg en Noord-Brabant wordt een op de tien ondernemers afgeperst, zei Papeveld. Deze tuchtzaak dient ook vooral om mensen bewust te maken van deze risico's. Want afpersing is een verborgen probleem, stelde hij. Uit angst en schaamte treden slachtoffers zelden naar buiten.
Afpersing
De accountant van BDO wordt verweten dat ze de opvallende onttrekkingen opmerkte, maar niet optrad. “BDO weet vanaf het prille begin van de onttrekkingen'', zei Papeveld bij de Accountantskamer. Door die onttrekkingen stond het voortbestaan van de onderneming op het spel. De winst liep terug naar 24.000 euro: een daling van 82.000 euro. Met de onttrekkingen erbij was het boekjaar 2014 zelfs fors verliesgevend. Dat de onderneming nog bestaat, komt omdat de fiscus vorderingen kwijtschold en door de inzet van de klager. Van kennis achteraf is hier geen sprake. “BDO is van afpersing overtuigd'', aldus Papeveld. Volgens hem diende de accountant zich ook de belangen van de klaagster aan te trekken. “Of je trekt je terug, of je neemt je verantwoordelijkheid en informeert je klanten.''
Hannelot van Berckel-Dekker zei namens BDO te begrijpen dat het voor de nabestaanden moeilijk is te leven met de raadselen rond de zelfgekozen dood van de ondernemer. Klagers verwijten de accountant dat ze geen melding van ongebruikelijke transacties deed. Zo'n melding is niet gedaan omdat er geen sprake was van ongebruikelijke transacties, aldus de advocaat.
Er waren geen vermoedens van fraude, onwettig handelen of andere indicatoren van een ongebruikelijke transactie. Het bedrijf was de cliënt van de accountant, niet de ondernemer zelf. Maar de onttrekkingen waren groot. En dat was reden tot zorg bij de accountant. Ze waarschuwde de ondernemer dan ook met die onttrekkingen te stoppen. Navraag leerde dat hij daarmee ook gestopt was. De zorgen om een omzetdaling werden door de ondernemer gepareerd met de opmerking dat hij bezig was geld terug te krijgen. “Voordat de accountant dat kon natrekken, bleek hij al niet meer te leven.''
Had de AA dan kunnen weten dat de ondernemer werd afgeperst? ,,Als de recherche al niet kan beoordelen of er sprake is van afpersing, dan kan de accountant dat al helemaal niet. De conclusie kan dus niet zijn dat de accountant dat had kunnen voorkomen.''
Uitspraak volgt over circa 15 weken.