AA Italiaans restaurant berispt voor dubbel factureren

‘Klanten mogen erop vertrouwen dat er een juist declaratiesysteem wordt gehanteerd door de accountant.’

Door Jan Smit

Zaaknr. 20/209

Wij schreven eerder over deze zaak: Eigenaren Italiaans restaurant betichten AA van dubbel factureren

De Accountantskamer heeft de voormalige accountant van een inmiddels failliet Italiaans restaurant uit Leeuwarden een berisping gegeven wegens onder meer dubbel declareren.

Ook heeft de betreffende AA, tevens vennoot bij een middelgroot accountantskantoor in Friesland, volgens de tuchtrechters gehandeld in strijd met de gedragsregels door in een incassoprocedure zijn voordeel te doen met informatie over de (recente) hoogte van het banksaldo van het restaurant, terwijl de relatie toen al twee jaar was beëindigd.

Die handelwijze is volgens de maandag gepubliceerde uitspraak in strijd met het fundamentele beginselen van vakbekwaamheid, zorgvuldigheid en integriteit.

Trattoria Italiana was de naam van het betreffende restaurant dat was gevestigd in Leeuwarden en inmiddels, op verzoek van de eigenaren, failliet is verklaard met een schuld van naar verluid ongeveer 200.000 euro. Volgens de eigenaren is de coronacrisis het restaurant fataal geworden

De AA was vanaf 2009 de vaste accountant van VOF Trattoria Italiana. Begin 2017 beëindigden de vennoten de relatie omdat er onenigheid ontstond over wijze van boekhouden.

Het accountantskantoor stuurde de eigenaren daarop een factuur voor meerwerk. Volgens de beide vennoten stonden daar werkzaamheden op die al lang waren betaald. Zij weigerden daarom te betalen en dienden een klacht in bij de Accountantskamer.

Vreemd, reageerde de AA tijdens de zitting. “In oktober 2016 heb ik nog met beide vennoten om tafel gezeten. We hebben toen onder meer afspraken gemaakt over het meerwerk. Zij gingen daar zonder slag of stoot mee akkoord.”

Over deze zaak loopt nog een civiele procedure. In het kader van die procedure is er een deskundigenonderzoek gaande. “Kortom, die zaak is nog onder de rechter; daar hoeven we hier dus niet lang bij stil te staan,” meende de adviseur van de AA.

Daar dachten de leden van het tuchtcollege duidelijk anders over. Er was toch al een voorlopige rapport van de deskundige?, hield een van de leden de AA voor. Kon de accountant daar iets over zeggen?

Dat voorlopige rapport bleek inderdaad voorhanden. De deskundige wilde op een aantal punten extra uitleg, vertelde de AA. Voor hem reden alle facturen voor deze opdracht nog eens aan een uitgebreide inspectie te onderwerpen. “Ik kwam toen tot de conclusie dat het overzicht van de facturen en dat van het onderhanden werk elkaar op sommige posten elkaar leken te overlappen en heb toen gezegd: dan crediteer ik een bedrag, ik ga de discussie niet aan, ik wil dat de klant het gevoel heeft dat er eerlijk met hem wordt omgegaan.”

Van dubbel declareren was volgens de accountant echter geen sprake. “Ik heb alleen de verkeerde specificatie gegeven van het onderhanden werk.”

De Accountantskamer denkt daar anders over. Klanten mogen erop vertrouwen dat er een juist declaratiesysteem wordt gehanteerd door de accountant. Bovendien: nadat klagers protesteerden, heeft de AA hij de fouten niet tijdig rechtgezet, maar is hij in plaats daarvan een incassoprocedure begonnen. De afhandeling van deze kwestie is daarmee volgens de uitspraak ‘niet onverwijld en daarom eveneens niet zorgvuldig geschied’.

Tweede onderdeel van de klacht betrof het oneigenlijk gebruik van informatie over het banksaldo van de VOF door de AA en zijn kantoor.

Hoewel de relatie tussen opdrachtgever en -nemer al begin 2017 was beëindigd, had  het accountantskantoor nog steeds toegang tot het online boekhoudprogramma waar het restaurant mee werkte. 

En omdat de eigenaren de facturen voor het meerwerk niet wilde betalen, wilde het accountantskantoor in 2019 een incassoprocedure beginnen. Bij het afsluiten van het dossier zag een medewerker van het accountantskantoor dat er nog een flink bedrag op de lopende rekening stond. De medewerker informeerde de accountant hierover. 

De AA: “Ik heb toen onze advocaat gebeld en gevraagd: mogen we die informatie gebruiken? Hij zei: ‘Ja.’ Dat hebben we gedaan.”

“Maar de relatie was al twee jaar verbroken. Het ligt toch voor de hand dat de eigenaren van het restaurant niet wilden dat u die informatie zou gebruiken,” opperde dezelfde tuchtrechter.

Daar was de AA het niet mee eens. Artikel 18 van de VGBA mag dit dan verbieden, in de statuten van het accountantskantoor staat dat het kantoor de info wel mag gebruiken bij tuchtrechtelijke, civiele en strafzaken, aldus de accountant.

Ook daar gaan de tuchtrechters niet in mee. De statuten van het kantoor staan niet boven de (wettelijke) maatregelen in de VGBA, aldus de uitspraak.

Gerelateerde artikelen