Nederland scoort steeds slechter op de wereldwijde Corruption Perception Index (CPI) van Transparency International, met een teleurstellende achtste plaats en een score van 79 op 100. Dit betekent dat Nederland het slechter doet dan een aantal andere Europese landen, waaronder koploper Denemarken, dat een score van 90 heeft. Dat meldt het platform Riskcompliance.nl

Transparency International zet zich wereldwijd in voor de bestrijding van corruptie. De CPI, sinds 1995 een jaarlijks terugkerend meetinstrument, speelt hierbij een cruciale rol. Deze index beoordeelt 180 landen op de mate van corruptie onder ambtenaren en politici, gebaseerd op de perceptie van landenexperts en zakenmensen. De index geeft geen harde cijfers, maar vormt wel een belangrijk hulpmiddel om de impact van corruptie wereldwijd inzichtelijk te maken. Door meerdere enquêtes en opinieonderzoeken te combineren, ontstaat een rapportcijfer tussen 0 en 100, waarbij een lagere score wijst op een grotere waargenomen corruptie.

Volgens Lousewies van der Laan, directeur van TI Nederland, wordt corruptie in de hand gewerkt door de verstrengeling tussen politiek en bedrijfsleven. Van der Laan benadrukte de noodzaak van een lobbyregister om transparantie te waarborgen, vooral in het licht van controversiële beleidsbeslissingen zoals de afschaffing van de dividendbelasting.

Hoewel er bij het vorige kabinet weerstand was tegen een dergelijk register, pleitte Van der Laan ervoor om deze maatregelen door te voeren, zoals ook in andere landen gebruikelijk is. Het hoofdlijnenakkoord van de Nederlandse regering erkent de ernst van de situatie en zet in op een rijksbrede aanpak van corruptie.

Vergroten van weerbaarheid

Belangrijke speerpunten zijn het vergroten van de weerbaarheid van medewerkers, het verbeteren van de bescherming van klokkenluiders en het verkleinen van risico’s rondom ICT-systemen. Deze maatregelen zijn essentieel om het vertrouwen van burgers in de politiek te herstellen en de integriteit van het openbaar bestuur te waarborgen.

Sinds 2019 zijn er diverse rapporten verschenen die wijzen op ernstige tekortkomingen in de bestrijding van corruptie, met name binnen de Nationale Politie en de Koninklijke Marechaussee. In 2021 bleek uit een evaluatie van het Europese anti-corruptieorgaan GRECO dat Nederland geen enkele van de 16 aanbevelingen volledig heeft geïmplementeerd.

Pas in 2023 was er enige vooruitgang zichtbaar, maar nog steeds blijven veel aanbevelingen deels of niet geïmplementeerd. De invoering van een lobbyregister en striktere regels voor bewindspersonen blijven punt van discussie, maar de druk op de regering om actie te ondernemen neemt toe.