Steun verduurzaming bedrijfsauto’s onder druk

Zet nieuwe kabinet mes in stimulering verduurzaming bedrijfsleven?

Het kabinet moet financiële steun blijven bieden aan ondernemers die overstappen naar elektrische bestelwagens. MKB-Nederland benadrukt de absurditeit van het stopzetten van de huidige subsidieregeling, vooral met het oog op de invoering van zero-emissiezones begin 2025 in circa twintig gemeenten en de beperkte elektrificatie van bestelwagens in Nederland.

  • Accountants moeten zich voorbereiden op CSRD en CSDDD.
  • Toezicht op financiële rapportage wordt geïntensiveerd.
  • Nieuwe regels vereisen grondige kennis van duurzaamheidsverslaggeving.

Met slechts ongeveer 25.000 van de ruim 1 miljoen bestelwagens die momenteel elektrisch zijn, benadrukt directeur Leendert-Jan Visser het belang van doorlopende ondersteuning. Kleinere bedrijven, zoals bakkers en installateurs, staan voor aanzienlijke investeringen om de overstap te maken naar elektrische voertuigen. Het gebrek aan financiële prikkels kan voor velen een struikelblok zijn.

Oproep tot meerjarig stimuleringsbeleid

MKB-Nederland pleit voor een meerjarig stimuleringsbeleid om verdere verduurzaming van het bedrijfswagenpark te bevorderen. Dit beleid moet niet alleen subsidies omvatten, maar ook investeringen in laadinfrastructuur en andere ondersteunende maatregelen. Een dergelijke aanpak is volgens Visser essentieel om de overgang naar elektrische voertuigen haalbaar en betaalbaar te maken voor ondernemers van alle formaten.

Randvoorwaarden voor Zero-Emissiezones

In een position paper voor de Tweede Kamer somt MKB-Nederland meerdere randvoorwaarden voor de zero-emissiezones op. Zo moet vaart worden gemaakt met de opening van het al aangekondigde centrale loket bij de RDW waar ondernemers ontheffingen kunnen aanvragen. Daarnaast moet de gedoogregeling voor het verplichte C-rijbewijs worden verlengd, zodat ondernemers en medewerkers met een B-rijbewijs ook de zwaardere elektrische bestelauto’s (tot maximaal 4.250 kg) mogen besturen.

Fiscale voordelen spelen een belangrijke rol bij het stimuleren van duurzaamheid in bedrijven;

  1. Energie-investeringsaftrek (EIA): Bedrijven kunnen een deel van de investeringskosten voor energiebesparende maatregelen en duurzame technologieën aftrekken van hun fiscale winst. Dit omvat bijvoorbeeld investeringen in isolatie, energiezuinige verlichtingssystemen en zonnepanelen.
  2. Milieu-investeringsaftrek (MIA) en Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (VAMIL): De MIA biedt fiscaal voordeel bij de aankoop van milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen, zoals energiezuinige klimaatsystemen, warmtepompen en duurzame isolatiematerialen. Met de VAMIL kunnen bedrijven 75% van de investeringskosten voor milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen willekeurig afschrijven, waardoor ze flexibiliteit krijgen in de timing van afschrijvingen.
  3. Investeringssubsidie duurzame energie (ISDE): Deze subsidie ondersteunt bedrijven bij het opwekken van groene energie of duurzame verwarming door te investeren in zonnepanelen, warmtepompen, zonneboilers en windmolens. De hoogte van de subsidie varieert per specifiek product.

[kader] Vermoed u dat dit artikel interessant is voor anderen binnen uw organisatie of netwerk, wijs anderen hier dan op door dit bericht te delen via uw whatsapp, email, Linkedin of Twitter (bovenaan dit artikel).

Regionale subsidies

Naast landelijke regelingen zijn er ook regionale subsidies beschikbaar. Deze kunnen betrekking hebben op energieadvies, energiebesparende maatregelen, duurzame warmteopwekking en circulaire bedrijfsmodellen.[/kader]

Onzekerheden

De invoering van zero-emissiezones brengt voor ondernemers nog veel onduidelijkheid en onzekerheden met zich mee, zegt Visser. Gemeenten moeten de invoering van een zero-emissiezone vier jaar van tevoren aankondigen, maar wat gebeurt er bijvoorbeeld als ze een bestaande zone aanzienlijk willen vergroten? Geldt die termijn dan ook? Het grote belang van landelijk en uniform beleid wordt benadrukt.

Noodzaak laadinfrastructuur

Visser benadrukt verder dat de laadinfrastructuur voor ondernemers op orde moet zijn: thuis, bij het eigen bedrijf én in de zero-emissiezones waar zij hun werk moeten doen. Een marktkoopman moet na een dag werk wel met een opgeladen wagen weer naar huis kunnen en een elektricien moet bij spoed meteen op pad kunnen en dus thuis zijn bestelbus kunnen laden. Overheden moeten hier rekening mee houden bij de invoering van de zero-emissiezones.

Gerelateerde artikelen